Ramses Shaffy Overleden
Zelden viel iemand zo samen met wat hij zong. „Laat me mijn eigen gang maar gaan”, was Ramses Shaffy’s lijflied. Als een roekeloze robbedoes raasde hij door het Nederlandse toneel en de kleinkunst. Vandaag overleed hij in zijn woonplaats Amsterdam op 76-jarige leeftijd.
Dit voorjaar werd er bij hem slokdarmkanker geconstateerd. „Eind vorige week verslechterde zijn gezondheid aanzienlijk. Dinsdagochtend is hij rustig ingeslapen”, stelt het management in een verklaring.
Dit voorjaar werd er bij hem slokdarmkanker geconstateerd. „Eind vorige week verslechterde zijn gezondheid aanzienlijk. Dinsdagochtend is hij rustig ingeslapen”, stelt het management in een verklaring.
Ramses Shaffy was geen schim meer van wie hij ooit is geweest. Als hij nog in het openbaar verscheen, oogde hij breekbaar en hulpbehoevend – een bejaarde man die zichzelf alleen maar overeind kon houden als hij op iemands arm kon leunen. Maar zijn grijns bleef levenslustig en zijn ogen twinkelden nog. Menigmaal werd hem de laatste jaren een eerbetoon aangeboden, dat hij altijd met zichtbaar genoegen onderging. En als daarbij zijn liedjes werden gezongen, galmde hij nog graag een paar flarden mee.
Lees de uitgebreide necrologie over Ramses Shaffy vanmiddag in NRC Handelsblad.
In de canon van het Nederlandse lied stond Shaffy op een ereplaats, zingend van levenslust en lijfsbehoud als geen ander. Tekst, muziek en zang waren onverbrekelijk één. Door de onvermoeibaar oplaaiende crescendo's in de melodie en de hymnische allure van zijn voordracht wist hij zelfs de duisterste passages in We zullen doorgaan („met de stootkracht van de milde kracht / om door te gaan in een sprakeloze nacht...”) tot een meer dan overtuigende ode aan het leven en de liefde te maken. Zoals hij dat ook deed in het nauwelijks minder ongrijpbare Zing, vecht, huil, bid, lach, werk en bewonder. Shaffy viel samen met wat hij zong; hij was de grote gangmaker die het stugge Nederland kon bewegen tot extatisch meezingen.
Naam en afkomst van Ramses Shaffy leken te mooi om waar te zijn. Maar het klopt: hij was de zoon van een Egyptische diplomaat en een Pools-Russische gravin die al uit elkaar waren voordat hij in 1933 werd geboren in een ziekenhuis in Neuilly sur Seine, onder de rook van Parijs. Toen hij zes was, zette zijn moeder hem op de trein naar Nederland om anderen voor hem te laten zorgen.
Vierenhalf jaar later is er een tv-film gemaakt over zijn leven. het is een korte periode waarin vooral de relatie met Lisbeth List centraal staat.
Reacties