Wat anderen ervan vinden

“Heb jij nooit moeite gehad wat mensen van je vonden. Ik bedoel wat je gedaan hebt was niet typisch iets van die tijd. Nu doet men sneller zoiets, maar in jou tijd was er toch heel wat meer sociale controle?”
- Wat mijn ouders en mijn familie er van zou denken, bedoel je dat?
“Bijvoorbeeld.”
- Ik heb toch nooit meer contact met ze. In hoeveel families komt het niet voor dat er een zwart schaap is of iemand waar niemand meer mee omgaat. Geïsoleerd van de rest. Ik heb me niet laten beïnvloeden door wat anderen zouden kunnen denken.
Ik wist dat je niet iedereen te vriend kon houden. Zonder vijanden heb je geen vrienden en zonder vriend geen vijand. Het probleem is te moeten kiezen; Keur baart angst.
Maar zo eenvoudig als de kapitein zijn levenskeuze schetste was het natuurlijk niet. Hij vertelde niet de prijs die hij had moeten betalen. Wie wil er nu aan de andere kant van de wereld wonen, ver weg van familiebanden en van vrienden.
“Was het niet moeilijk om afscheid te nemen van vrienden?”
Ik vroeg naar de bekende weg. Misschien had een kapitein wel niet veel vrienden.
- Zou jij iets niet doen omdat je vrienden het afraden?
Even later vervolgde hij.
- Ik begrijp nu waarom je zo zoekend ben. Onderzoekend. Dat heeft natuurlijk een functie. Maar in veel gevallen, bij veel mensen heb ik gezien dat onderzoek een eigen leven gaat leiden.
In bedrijven is dat niet anders realiseerde ik me. Waarom waardeert men tegenwoordig ondernemerschap? Niet zozeer om het ondernemerschap op zich, maar juist om de kwaal te bestrijden. Men wil geen onderzoekende cultuur, waarin alles tot in de laatste details is gepland en uitgezocht. Zo’n cultuur dicht de ruimte om risico’s te nemen om te improviseren. Net zoals jazzmuzikanten improviseren. Sommige organisaties kunnen enkel voor georchestreerd werk afleveren.
- Je denkt aan iets anders.
Mijn gedachten gaan geregeld een andere kant op in een gesprek. Het moment op zich telt soms niet merkte ik wel vaker. Ik was altijd bezig met een volgende stap. Alsof een gesprek me iets zou moeten bieden.
Ondertussen was ik kwijt wat ik wilde weten. Waar ik op doelde. Angst is een slechte raadgever. Dat was het onderwerp. Is een adviseur ook niet iemand die vanuit angst adviseert? En daarom wil men in organisaties geen adviseurs. Dat past ook niet in een ondernemerscultuur.
Maar het ging niet om organisatiecultuur, het ging om wat ik hier kwam doen.
“Ja, ik zit inderdaad met mijn gedachten … Had ik je verteld dat ik bang ben om te vliegen?”
- Vliegangst. Dat is heel gewoon. Dat hebben wel meer mensen.”
Opeens viel me een associatie te binnen: angst geeft vleugels. Onthouden, dacht ik.
“Ben jij nooit bang geweest dat je schip op een ijsberg zou botsen?”
- De meeste problemen zijn niet te voorzien en van een andere categorie als die van de befaamde ijsbergen. Een onverwachte brand in de machinekamer, dat is eerder het gevaar op een schip.
- Vaak zijn mensen bang voor gevaar dat niet bestaat. Angst heeft natuurlijk een functie, maar het mag niet zo zijn dat het je tegenhoudt om iets te doen.
Ik moest denken aan wat iemand me ooit vertelde. Als je nooit een been had gebroken of andere verwondingen had opgelopen, dan had je waarschijnlijk te weinig risico genomen in je leven. Nooit een sportblessure opgelopen.
Ook mijn in productieve leven was ik redelijk beschermd opgegroeid. Ontwikkeld heet dat. Altijd gewerkt voor een groot bedrijf, en dus nu moeite om op eigen benen te staan.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Typisch Spaans: Balay

Voorbij goed en kwaad (Nietzsche)

Begraven of cremeren?