De econoom in de economie

 Hierover heb ik al een boek geschreven... Een aantal conclusies volgen hieronder.

Te beginnen met het feit dat de econoom er als professie natuurlijk niet altijd al geweest is. Er waren met de kennis van nu wel economen, maar niet zoals die van nu, die echt een opleiding heeft genoten.

Adam Smith is een duidelijk voorbeeld van wat velen de aartsvader van de economie noemen, maar Smith zelf was filosoof, economie als wetenschapsgebied kwam pas later. Ook Marx was meer filosoof de econoom maar die zat wel dichter bij de economieschool, want die had haar oorsprong namelijk in de rechtenfaculteit. Daar werd economie gegeven, en later vooral in de twintigste eeuw ontstond een nieuwe tak aan de wetenschappelijke boom. De juridische faculteit verloor economie, en economie werd zelfs populairder dan rechten. 

Voorheen hadden de juristen toegang tot de topposities in de maatschappij, en bestuur, dat werden vervolgens steeds meer economen. Vooral in de bankwereld werd dit zichtbaar. Wellink was primair een jurist, en vele andere DNB presidenten waren in eerste instantie Mr.

Klopt het verhaal van Fantoomgroei? Nee, volgens onderstaand boek. De opkomst van de econoom heeft weinig te maken gehad met ideologische stromingen, neoliberaal gedachtengoed en dergelijke is niet iets dat uit de koker van de economenfaculteit ontstaan is.
juist het hele idee van kapitalisme zou je in een ander licht kunnen zien. Allereerst meer filosofisch, want Weber en "zijn" protestante ethiek, bleken goede factoren voor kapitalisme, maar het is juist het idee van schaalgrootte waardoor de economie zo groot kon worden en dat idee is veel meer universeel dan dat het puur door economen bedacht werd. 

Gebouwen zoals wolkenkrabbers, en hoogbouw in het algemeen komt voort uit het denken in schaalgrootte en dat was er lang voor de entree van de econoom.

Wat heeft de econoom dan wel gebracht? Twee dingen:
  • specialisatie (Adam Smith)
  • onderhandelen als economisch fenomeen. Door de econoom als wetenschap is het onderhandelen steeds meer ingeburgerd in onze economie en maatschappij. Alles wordt tegenwoordig onderhandeld. Onderhandelen is een van de drie productieve vormen in de economie, de overige twee zijn: behandelen en afhandelen.
Een voorbeeld waar de invloed van de econoom juist buiten het werkgebied van de econoom zelf, is dat in de rechtsspraak, TOENAME SCHIKKINGEN:

 De opkomst van de econoom heeft veel effect gehad in de economie, logischerwijs. Hoe die invloed precies is gegaan is lastiger te vertellen, maar er zijn vele voorbeelden die de verandering kunnen duiden.

Maar niet enkel in de economie is de invloed van de econoom - en daarmee het economische denken - terug te vinden. Ook in gebieden waar je het niet direct verwacht, zoals bij de rechtspraak.

Wanneer je de rechtspraak van nu vergelijkt met die van een eeuw geleden, dan valt er minimaal 1 aspect op: er zijn nu veel meer schikkingen.

Je zou kunnen zeggen dat in abstracte termen de invloed van de econoom is te vinden in het fenomeen efficiency.

Maar daarnaast is er ook een procesverandering ontstaan in de vorige eeuw die alles te maken heeft met de opkomst van de econoom: onderhandelen is veel meer deel uit gaan maken van de economische, maar vooral ook de maatschappelijke realiteit. De econoom heeft het mogelijk gemaakt om een economisch aspect van het leven te isoleren waar iedereen zelfstandig mee aan de slag kan. Iedereen kan nadenken over geld, en in de rechtspraak is deze verandering een mooi voorbeeld.

Met de schikking voorkomen beide partijen een lang proces dat veel geld kost en voor de geclaimde veel hoger kan uitvallen. Een schikking spaart tijd en geld.

Het proces van onderhandelen is de onderliggende functie die de econoom in de econoom heeft geborgd sinds de vorige eeuw.



--

-- 7 aug 2023. Het boek De Graanrepubliek van Frank Westerman past ook goed in dit beeld van de opkomst en verspreiding van het idee van schaalgrootte. Wikipedia schreef daarover het volgende:
... is een boek van Frank Westerman uit 1999, waarin hij de modernisering van de akkerbouw in Nederland gedurende de twintigste eeuw beschrijft. ... Een van de hoofdpersonen in het boek is Sicco Mansholt, de architect van het Gemeenschappelijk landbouwbeleid. Dat beleid voorzag in een harde sanering van de landbouwsector, met als doel het scheppen van grotere en economisch sterkere bedrijven. De kleinere boerenbedrijven moesten het veld ruimen. Over de gevolgen van die omslag en de redeneringen erachter gaat het boek van Westerman.[1]

Reacties

Populaire posts van deze blog

Typisch Spaans: Balay

Voorbij goed en kwaad (Nietzsche)

Begraven of cremeren?