Economen en de geschiedenis (update #dOvdE)
Wanneer je een boek hebt geschreven, in ieder geval bij mij, is het zo dat je daarna door blijft denken over dat boek. Een project is soms nooit af. En wat ik zou willen voorkomen is dat je iets geschreven hebt, dat ingehaald wordt door de tijd. Bv via een voorspelling dat "De Dollar Valt," en dat gebeurt dan niet, ook zes of acht jaar later niet.
Maar bij De Opkomst van de Econoom, blijf ik alert of het verhaal nog blijft staan.
Zo ben ik verder gaan schrijven en denken en zie ik de geschiedenis als een belangrijk thema in mijn schrijfsels. Maar ook modelmatig, probeer ik meer grip te krijgen op de geschiedenis, omdat het denken in modellen nu iets eigens is.
Zo kan je de distributie van de mens in een land of over de gehele wereld verdelen in soort macro-view, per jaar. De vorm van die verdeling verandert door de tijd heen. Het onderstuk wordt kleiner (er komen relatief minder kinderen) en het midden wordt breder. wat gebeurt er nu wanneer je daar de structuur van ouders, kinderen en grootouders, of te wel generaties op los laat?
Een dergelijke gedachte ligt voor mij dicht bij het denken als macro-econoom, waar ik altijd meer affiniteit mee gehad heb dan micro-economie.
Wat echter uit De Opkomst van de Econoom blijkt en waar ca. 20 economen - in al hun diversiteit - het wel over eens zijn, is dat de micro-economie de laatste jaren aan belang heeft toegenomen (1).
Marx dacht duidelijk als een macro-econoom en de macro-economie heeft na zijn komst een grote vlucht genomen.
Men is het er ook over eens dat geschiedenis voor economen steeds minder relevant is geworden (2)
Dus, is de stelling die ik zou willen toevoegen in het boek waar onderscheid tussen de verschillende economen (het competitief voordeel van de econoom zelf) belangrijk onderdeel is, met: macro-economen hebben een grotere neiging om wel de geschiedenis belangrijk te vinden, en meer dan micro-economen die dat minder nodig vinden.
...
Reacties