Oorlog en Vrede

Een goed boek is denk ik een boek dat je aanzet tot actie. Oorlog en Vrede had ik nooit gelezen. Het leek me on onmogelijk werk om door te komen, vooral omdat er zoveel personages in verwerkt zaten. Maar dat blijkt mee te vallen.

Ik las onlangs "de poëzie van de getallen," een boek van wiskundig 
wonderkind Daniel Tammet (nu 39). Het is een boek dat aan de ene kant lijkt op dat van soortgelijke auteurs die een passie hebben voor wiskunde en dat via diverse methoden expliciet weten te maken. Een zo'n vorm is om de geschiedenis in te duiken een andere vorm is om dagelijkse wetenswaardigheden te spiegelen aan wiskundige kennis, en de vorm van Tammet is om een meer literaire vorm te vinden. Dat maakt het boek interessant en breed van reikwijdte. Zo schrijft hij over antropologie aan de hand van taal, waar er talen blijken te zijn waar tellen niet gebeurt zoals bij ons adhv nummers maar aan de hand van posities, "plus één" is dan een stap naar rechts, en min een een positie naar links. "Daarmee zie je een verschil in het begrip van intelligentie want zo'n primitief volk waar het over gaat, is beter bewapend om met irrationele getallen om te gaan. Een link naar de Volk en IQ-discussie?

Niet alle onderwerpen spraken me aan. De schrijver is bijvoorbeeld kundig in het reciteren van het nummer  π, waar hij in vijf uur 22.514 nummers van het getal kan opsommen. Achter in het boek staan die getallen van Pi uitgeschreven over 11 pagina's. Daar houd mijn bewondering op. Die passie gaat mijn begrip te boven.

Het was "de berekening van de novellist" die me aanzette om oorlog en vrede toch maar eens een keer te gaan lezen. En wel direct, ben ik begonnen (en nog bezig).

Tolstoi vond dat de geschiedenis van de wereld, die is van de kleine personen. Zelf was Leon Tolstoi een robuuste man die moeiteloos tachtig kilo kon heffen met één arm. Hij was een recalcitrante man die tegen de heersende mening van zijn tijd stelling nam. En zo beschuldigde hij de geschiedschrijvers van zijn tijd voornamelijk aanbidders van helden te zijn. Over de bijna duizend pagina's van Oorlog en Vrede werkte hij deze aanval uit, en zijn belangrijkste wapen daarbij kwam van de wiskunde.
Differentiaalrekening was toen nog een nieuw concept in die tijd en in de roman komt het concept regelmatig terug en Tammet ziet daarin een van de pilaren van het werk:

De vooruitgang van de mensheid, geproduceerd door een oneindig klein aantal menselijke willekeurigheden, is een continue proces. het begrip van de wetten van deze beweging is het objectief van de geschiedenis [...] Enkel wanneer we voor onze observatie deze oneindig kleine eenheid nemen [...] en de kunst van het integreren (het optellen van deze oneindig kleine delen) kunnen we de wetten van de historie begrijpen.
Tammet schrijft niet waar deze passage vandaan komt, maar ik vond deze in de Engelse vertaling (A Penn State Electronic Classics Series Publication - zie onder)

Deze theorie die Tolstoi een tak van de moderne wiskunde noemde bracht hem en kader om zijn ongenoegen met de heersende geschiedschrijvers van repliek te dienen van wie hij een lamentabele tendentie van simplificatie beschuldigde.

Verkort gesteld was de heersende opinie dat Napoleon verantwoordelijk was voor de VERANDERINGEN in Europa, terwijl volgens de mening van Tolstoi hiermee te kort gedaan werd aan de kracht van (de som van) kleine aantallen. Koningen zijn slaven van de geschiedenis vond Tolstoi. En in Koningen, commandanten en Presidenten was hij niet geïnteresseerd. In zijn roman dirigeert hij dus zijn blik op een andere deel: de studie van de onzichtbare verandering, oneindig klein, die van een stadium (vrede) naar een andere (oorlog) leidt.

Die passage was voor mij de aanleiding / als amateur op het gebied van #MCenV het boek te lezen, als tijdloos boek over verandering, de cultuur, het management..

De historici uit die tijd spraken elkaar ook tegen als het ging om de aanleiding van deze oorlog(en), en volgens Tolstoi had Napoleon één kapitale deugd, namelijk dat hij zich niet mengde in de zaken van zijn onderdanen. Zij die schoten, vochten, schreeuwden en bloeden waren de soldaten. EN... de orders kwamen wel van boven, maar die werden bijna nooit zo uitgevoerd als ze uit dat niveau vertrokken omdat het veld pas de echte situatie heerste die de leiders nauwelijks kende.

Een voorbeeld van deze stelling komt in het begin van het boek voor wanneer de eerste oorlogspassage begint, en een commandant een order ontvangt die hij niet goed begrijpt en met zijn mannen betwist over de precieze bedoeling van de chef.

Zo dus. Communicatie, top-down versus de realiteit en terugkoppeling down-top.

De inval in Rusland van Napoleon was dus een resultaat van alle orders en berichten waarvan het grootste deel verzandde en gegeven de situatie op het slagveld leidde tot die tot de gebeurtenissen zoals deze zich uiteindelijk kristalliseerde. En die gebeurtenissen komen overeen met en werden bepaald door de willen, wensen en intenties van duizenden en duizenden personen. Volgens de schrijver zagen de geschiedschrijvers de onderstroom van aanvankelijk kleine tot grotere migraties over het hoofd en verbonden zij onterecht de massale uitstroom uit Moscou met het omstuimige karakter van Napoleon...
Dezelfde fout schrijft Tammet is door te vragen aan een man die door het leven toegetakeld is, waar en op welk moment hij precies deze klap had gekregen. Welke klap, die waarin hij zijn tanden verloor, zijn bot brak of waar zijn huid verwoest werd?

Revoluties kunnen een land transformeren. De dissidentie groeit onherkenbaar ver voordat de dictator in kwestie de tanks de straat op stuurt, en zoals de recente ontwikkelingen in het midden-oosten laten zien, kan niemand (de Arabische lente) ze voorspellen laat staan beheersen. We weten niet hoe de oorlog en de revolutie uitbreken, affirmeerde Tolstoi, we weten alleen dat om deze of gene actie te provoceren mensen zich bij elkaar aansluiten in een bepaalde formatie waarin uiteindelijk iedereen mee doet. En de dictator kan zich afvragen ´waar komen plotst die mensen vandaan´ maar die waren er al die tijd al, alleen nu komt deze geconcentreerd naar voren.
welke kracht beweegt de volken? Niet die van de managers zegt Tolstoi ons, en ook niet die van de ideeen, het is een kracht die onzichtbaar en inefable is: ... het is een kracht van het mensenlijk leven waarin iedereen aan meedoet, zowel de humilde boer Karatev als de keizer Napoleon...

hij geeft nog wat voorbeelden van die "kracht"
- de verborgen warmte van het patriotisme die de moscovieten ondervinden wanneer deze zich opeens bij een verschrikkelijke externe bedreiging te maken krijgen,
- de ontbinding van de chemie van de franse soldaten waneer ze hun doel onbereikbaar zien, of
- de kracht van de gewoonte wanneer prins Kuragin gedurende een conversatie dingen zegt die hij niet verwacht had zijn publiek zou geloven...

En zo komt er een hele andere kant van de geschiedenis boven, zoals de brand van de stad Moscou die "door de conditie waarin deze zich bevond net als een willekeurige anders stad die opgebouwd van hout in vlammen opgegaan zou zijn."
 Het boek kreeg in zijn tijd veel kritiek, schrijft  Tammet als laatste, behalve door een wiskundige (Urusov) destijds die goed opgelet had en recentelijk een professor in de VS die het boek gebruikt bij zijn wiskunde-lessen en andere hiervoor ook probeert te overtuigen (Stephen Ahearn).
De conclusie? alles in het leven kent zijn moment en context... het veranderingsproces imponeert altijd zijn eigen betekenis in ieder mens en ieder ding...

Dat lijkt me een conclusie die iedereen die zich met veranderingsmanagement bezig houdt niet mag vergeten en zelf denk ik dat het boek oorlog en vrede een schat van informatie herbergt als het gaat om puur dat thema van veranderen.

Zo gezegd ben ik nog niet door het boek heen, maar iets verder dan het begin komt de hoofdpersoon (Pierre) in aanvaring met een van zijn drinkbuddies, Dolokhov. Deze laatste gedraagt zich nogal losbandig en als een typische bully. Wanneer hij insinueert dat hij de vrouw van Pierre heeft verleid daagt de hoofdpersoon hem uit voor een duel. Dat duel vindt plaats buiten in de sneeuw en Dolokhov gaat met volle moed het gevecht aan aangezien hij de krachtigste van de twee is en tevens militair, terwijl Pierre de intellectueel is. Deze laatste weet nauwelijks hoe een geweer functioneer en struikelt haast in de sneeuw maar schiet dan en schiet raak. De kans die Dolokhov daarna nog krijgt faalt. Het is een geweldige scene in het boek en je kan deze ook spiegelen aan de titel van het boek, oorlog en vrede dat niet op macro-niveau maar op micro-niveau doorwerkt. Wanneer de helpers van Dolokhov hem naar huis brengen, komen ze erachter dat de stoere man nog gewoon bij zijn moeder woont. "Een bully, maar zo lief van karakter," merkt zijn vriend op wanneer hij hier achterkomt.

Verder op in het verhaal sluit de dan nog naìeve Pierre zich aan bij de Freemasons, maar al snel wordt duidelijk dat die actie niet meer dan een stap is in zijn zoektocht naar zijn identiteit. Ook het contrast van Pierre met een van zijn tegenspelers in het verhaal Marya, is goed als voorbeeld voor veranderingsmanagement te zien. Pierre heeft een hele zoektocht nodig om zijn / de waarde in het leven te vinden, Marya weet al vroeg op een belangrijk moment - wanneer ze een huwelijksverzoek krijgt - dat haar waarden niet overeenkomen met die van deze partner en wijst het verzoek af. Pierre daarentegen trouw gewoon met de vrouw die hem op dat moment in het leven aangeboden wordt.

Toch spreekt Tolstoi zich als romanschrijver tegen in zijn boek denk ik. Want de geschiedenis van Oorlog en Vrede kan alleen maar verteld worden door deze grootheden als Pierre en Natasha. De helden.

--
2018/03/vrijmetselarij-en-feminisme

-- 18 maart.
Boek negen begint als volgt:
There are two sides to the life of every man, his individual life, which is the more free the more abstract its interests, and his elemental hive life in which he inevitably obeys laws laid down for him.
Man lives consciously for himself, but is an unconscious instrument in the attainment of the historic, universal, aims of humanity. A deed done is irrevocable, and its result coinciding in time with the actions of millions of other men assumes an historic significance. The higher a man stands on the social ladder, the more people he is connected with and the more power he has over others, the more evident is the predestination and inevitability of his every action.

-- 20 maart.
Er is verderop in het boek ook een passage waar cultuur een rol speelt. Het gaat om het moment waarop Napoleon een generaal van het Russische leger op bezoek krijgt. Napoleon wil alles weten over Rusland:

At dinner, having placed Balashev beside him, Napoleon not only treated him amiably but behaved as if Balashev were one of his own courtiers, one of those who sympathized with his plans and ought to rejoice at his success. In the course of conversation he mentioned Moscow and questioned Balashev about the Russian capital, not merely as an interested traveler asks about a new city he intends to visit, but as if convinced that Balashev, as a Russian, must be flattered by his curiosity.
“How many inhabitants are there in Moscow? How many houses? Is it true that Moscow is called ‘Holy Moscow’? How many churches are there in Moscow?” he asked.
And receiving the reply that there were more than two hundred churches, he remarked:
“Why such a quantity of churches?” “The Russians are very devout,” replied Balashev. “But a large number of monasteries and churches is always a sign of the backwardness of a people,” said Napoleon, turning to Caulaincourt for appreciation of this remark. Balashev respectfully ventured to disagree with the French Emperor. “Every country has its own character,” said he. “But nowhere in Europe is there anything like that,” said Napoleon. “I beg your Majesty’s pardon,” returned Balashev, “besides Russia there is Spain, where there are also many churches and monasteries.” This reply of Balashev’s, which hinted at the recent defeats of the French in Spain,

-- 21  maart. Meer over cultuur, de cultuurtyperingen van volken:
“God has nothing to do with it! Well, go on,” he continued, returning to his hobby; “tell me how the Germans have taught you to fight Bonaparte by this new science you call ‘strategy.’” Prince Andrew smiled.
...
“Buonaparte was born with a silver spoon in his mouth. He has got splendid soldiers. Besides he began by attacking Germans. And only idlers have failed to beat the Germans. Since the world began everybody has beaten the Germans. They beat no one—except one another. He made his reputation fighting them.”
...
Pfuel, had planned in accord with his theory. He muttered something to himself abruptly and in a bass voice, as self-assured Germans do—

.. Pfuel was one of those hopelessly and immutably self-confident men, selfconfident to the point of martyrdom as only Germans are, because only Germans are self-confident on the basis of an abstract notion—science, that is, the supposed knowledge of absolute truth. A Frenchman is self-assured because he regards himself personally, both in mind and body, as irresistibly attractive to men and women.
An Englishman is self-assured, as being a citizen of the best-organized state in the world, and therefore as an Englishman always knows what he should do and knows that all he does as an Englishman is undoubtedly correct. An Italian is self-assured because he is excitable and
easily forgets himself and other people. A Russian is selfassured just because he knows nothing does not want to know anything, since he does not believe that anything can be known. The German’s self-assurance is worst of all, stronger and more repulsive than any other, because he imagines that he knows the truth-science— which he himself has invented but which is for him the absolute truth.

-- 23 maart. Nog iets verder in hetzelfde boek schrijft Tolstoi over de voorspellingen uit de bijbel,
One of his brother Masons had revealed to Pierre the following prophecy concerning Napoleon, drawn from the Revelation of St. John. In chapter 13, verse 18, of the Apocalypse, it is said:
Here is wisdom. Let him that hath understanding count the number of the beast: for it is the number of a man; and his number is Six hundred threescore and six.
Pierre zoekt uit dat het toaal aan letters van L´Empereur Napoleon precies 666 uitmaakt en na veel passen en meten komt hij tot de conclusie dat hij zelf een opdracht heeft, omdat zijn naam wanneer je dat schrijft als Le Russe Bezoekhov evenzo op hetzelfde getal uitkomt. Pierre ziet hierin de goddelijke opdracht dat hij Napoleon onschadelijk moet maken.
Deze passage heeft veel indruk op me gemaakt en ik moest direct denken aan al die "gekken" die zich geroepen voelen om de Duivel in de persoon van ... uit te schakelen. Hoe aktueel allemaal...

--
BOOK ELEVEN: 1812. CHAPTER I
ABSOLUTE CONTINUÏTEIT VAN BEWEGING is voor de menselijke geest niet te bevatten. Bewegingswetten van welke aard dan ook
pas begrijpelijk worden voor de mens wanneer hij onderzoekt
willekeurig geselecteerde elementen van die beweging; maar bij de
tegelijkertijd komt een groot deel van de menselijke fouten
van de willekeurige verdeling van continue beweging in discontinue
elementen. Er is een bekende, zgn
sofisme van de Ouden, bestaande uit dit, dat Achilles
kon nooit een schildpad inhalen die hij volgde
ondanks het feit dat hij tien keer zo snel reisde als de
schildpad. ... Door steeds kleinere bewegingselementen over te nemen
we benaderen alleen een oplossing van het probleem, maar nooit
bereik het. Pas als we de conceptie van hebben toegegeven
het oneindig kleine, en de resulterende geometrische progressie
met een gemeenschappelijke verhouding van een tiende, en hebben gevonden
de som van deze progressie naar oneindig, bereiken we a
oplossing van het probleem.
Een moderne tak van de wiskunde die de
kunst om met het oneindig kleine om te gaan kan nu oplossingen opleveren
in andere, meer complexe bewegingsproblemen die
leek vroeger onoplosbaar.
Deze moderne tak van de wiskunde, onbekend bij de
ouden, wanneer het omgaan met bewegingsproblemen toegeeft
de conceptie van het oneindig kleine, en komt daarmee overeen
de belangrijkste bewegingsvoorwaarde (absolute continuïteit) en
corrigeert daarmee de onvermijdelijke fout die de mens maakt
de geest kan er niet omheen wanneer het om afzonderlijke elementen gaat
van beweging in plaats van continue beweging te onderzoeken.
Bij het zoeken naar de wetten van de historische beweging alleen de
hetzelfde gebeurt. De beweging van de mensheid, ontstaan
zoals het doet door ontelbare willekeurige menselijke wil, is continu.
De wetten van deze continue beweging begrijpen
is het doel van de geschiedenis. Maar om tot deze wetten te komen, resulterend
uit de som van al die menselijke wil, postuleert de geest van de mens
willekeurige en losgekoppelde eenheden. De eerste methode
van de geschiedenis is om een ​​willekeurig geselecteerde reeks van continue te nemen
gebeurtenissen en onderzoek het apart van anderen
er is en kan geen begin zijn voor welke gebeurtenis dan ook
gebeurtenis vloeit altijd ononderbroken voort uit een andere.
De tweede methode is om de acties van sommigen te overwegen
één man - een koning of een commandant - als equivalent van
de som van vele individuele testamenten; terwijl de som van
individuele wil wordt nooit uitgedrukt door de activiteit van een
enkel historisch personage.
Historische wetenschap in haar streven dichterbij te komen
waarheid neemt voortdurend kleinere en kleinere eenheden voor onderzoek.
Maar hoe klein de eenheden ook zijn, voelen we
dat om elke eenheid losgekoppeld van anderen te nemen, of naar
veronderstel een begin van een fenomeen, of om dat te zeggen
de wil van veel mensen wordt uitgedrukt door de acties van wie dan ook
één historisch personage, is op zichzelf onjuist.
Er is geen kritische inspanning voor nodig om helemaal tot stof te herleiden
alle conclusies getrokken uit de geschiedenis. Het is alleen nodig
om een ​​grotere of kleinere eenheid als onderwerp te selecteren
van observatie - zoals kritiek het volste recht heeft om te doen, zien
dat wat de geschiedenis van een eenheid ook waarneemt, dat altijd moet zijn
willekeurig gekozen.
Alleen door oneindig kleine eenheden ter observatie te nemen
(het differentieel van de geschiedenis, dat wil zeggen, de individuele tendensen
van mannen) en het bereiken van de kunst van het integreren
hen (dat wil zeggen, het vinden van de som van deze oneindig kleine hoeveelheden) kan
we hopen tot de wetten van de geschiedenis te komen.
De eerste vijftien jaar van de negentiende eeuw in Europa
presenteren een buitengewone beweging van miljoenen
mensen. Mannen verlaten hun gebruikelijke bezigheden, haasten zich
de ene kant van Europa naar de andere, plunderen en slachten
elkaar, zegevieren en worden ondergedompeld in wanhoop, en voor
sommige jaren is de hele loop van het leven veranderd en presenteert
een intensieve beweging die eerst toeneemt en
verslapt dan. Wat was de oorzaak van deze beweging,
door welke wetten werd het geregeerd? vraagt ​​de geest van de mens.
De historici, die deze vraag beantwoordden, lagen voor ons
de uitspraken en handelingen van enkele tientallen mannen in een gebouw
in de stad Parijs, die deze uitspraken en handelingen "de
Revolutie"; dan geven ze een gedetailleerde biografie van Napoleon
en van bepaalde mensen die hem gunstig of vijandig gezind zijn;
vertel over de invloed die sommige van deze mensen op anderen hadden,
en zeg: daarom vond deze beweging plaats en zo
zijn zijn wetten.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Typisch Spaans: Balay

Voorbij goed en kwaad (Nietzsche)

Begraven of cremeren?