Karl Marx (Rolf Hosfeld)

Karl Marx, Een intellectuele biografie is geschreven door Rolf Hosfeld. Hij schreef daarna nog een biografie van Marx. Voor mij de belangrijkste utispraak voorlopig:

Een kind van zijn tijd. 


Conditions of censorship had prompted Marx to resign as the  editor in chief of the liberal Rheinische Zeitung on 18 March 1843. The year had started under gloomy prospects, and now the weapon of criticism was also knocked out of his hands. Quite a few people were frustrated with Prussian censorship, which had radicalized many. This experience played no small part in turning Marx into the radical remembered by posterity. He, too, was a child of his times.

Maar ja, een kind van zijn tijd... wat betekent dat nu precies.

--

Recensie 1:

Het spreekt voor zich dat Karl Marx een controversiĆ«le historische figuur is. Op de ene hand, meer dan twintig jaar na het einde van de Koude Oorlog, de woorden “socialisme” en “communisme” worden door politici nog steeds als schrikwoorden opgeroepen. Aan de andere kant, kleine vingerpoppetjes met de gezicht van de 'lintworm van het socialisme', zoals de Franse filosoof en econoom Pierre-Joseph Proudhon Marx noemde, zijn te koop in elke universiteitsboekwinkels over de hele wereld. Hebben de ideeĆ«n van Marx over de politieke economie en het door crises geteisterde systeem van het kapitalisme enige invloed vandaag? Wat waren de historische omstandigheden en intellectuele voorlopers die de aanzet gaf voor zijn economische kritieken en aanhoudende oproepen tot revolutionaire actie?

Terwijl de laatste vraag centraal staat in het boek van Rolf Hosfeld, Karl Marx: An Intellectual Biografie, de lezer zal ook voortdurend nadenken over de vorige vraag - zwaar benadrukt op de omslag - vanwege de griezelige historische parallellen die zijn getrokken tussen de tijd van Marx en die van ons eigen. Bovenal geeft het boek een fascinerend kijkje in het algemene wereldbeeld en intellectuele debatten die het negentiende-eeuwse Europa doorkruisten, dat snelle veranderingen doormaakte dankzij de snelle vooruitgang van de industrialisatie te midden van constante politieke onrust.

Karl Marx: An Intellectual Biography is een vertaling van Hosfelds monografie uit 2009, "Die

Geister, die er rief". De vertaling van Bernard Heise voelt in het begin erg ongemakkelijk, zoals de tekst lijkt te dicht bij de Duitse woordvolgorde en frasering te blijven, hoewel dit misschien een effect van de shotgun-stijl van de openingspagina's, die proberen de weg vrij te maken voor de komst van Karl Marx met een spervuur ​​van geĆÆsoleerde politieke en economische incidenten uit heel Europa op de dageraad van het industriĆ«le tijdperk. Deze eerste paar pagina's zijn moeizaam om te lezen, aangezien de geest zinloos is pogingen om verbanden tussen de feiten te rijgen om een ​​enkele gedachtegang te construeren.

Als het boek eenmaal stevig gefocust is op het titelonderwerp en de dracht van zijn ideeƫn, wordt het verhaal goed en is vaak net zo aangrijpend als een historische roman. Het feit dat dit een vertaling is vervaagt en wordt snel vergeten.

Het primaire doel van deze nieuwe biografie is om de ideeĆ«n van Marx te situeren in de context van de intellectuele argumenten van die tijd. Het gaat voorbij aan details zoals de omstandigheden rond Marx' geboorte- of middelbare schooldagen en concentreert zich in plaats daarvan op de opeenstapeling van filosofieĆ«n en ideologieĆ«n. Hosfelds boek slaagt daar over het algemeen in, maar het werkt het beste als de lezer al een basisbegrip van de ideeĆ«n die aan namen zijn gekoppeld. In het bijzonder moet de lezer enigszins bekend met economen als Adam Smith en David Ricardo, maar ook met utopische idealisten zoals Robert Owen, Henri de Saint-Simon en Charles Fourier. Het is een absoluut maar onvermeld voorwaarde dat de lezer een uiterst comfortabele vertrouwdheid met Hegel heeft, in het bijzonder zijn dialectiek en zijn opvatting over de geest van de geschiedenis. Het hele oeuvre van Marx, van The Communistisch Manifest voor het Kapitaal, is geworteld in Marx’ dialectische toepassing van Hegels dialectiek naar het Hegeliaanse denken zelf, en Hosfelds intellectuele biografie benadrukt dit sterk. Marx gebruikt in wezen Hegels dialectiek op Hegels eigen filosofie en concludeert uit deze “ontkenning” van negatie”  dat het communisme het einddoel van de geschiedenis is als het kapitalisme eenmaal haar eigen vernietiging tot stand brengt.

Het boek is verdeeld in vier hoofdsecties van ongelijke lengte: "IdeeĆ«n", "Daden", "Ontdekkingen" en "Gevolgen". Hoewel deze sectietitels een thematische organisatie impliceren, is het boek voornamelijk chronologisch gerangschikt. De eerste twee secties, "IdeeĆ«n" en "Daden", zijn goed voor ruim twee derde van het volume. ‘IdeeĆ«n’, ​​terwijl hij Marx door zijn... Rheinische Zeitung-dagen, beschrijft vijf sleutelconcepten die de basis vormen van Marx’ latere werken: redelijke vrijheid (vooral van censuur), historisch materialisme, het creĆ«ren van een universele klasse om klassenconflicten te vermijden, het idee dat productie de basis is van het politieke en economische staat, en het idee dat de absolute heerschappij van het proletariaat noodzakelijk is.

Het verhaal komt snel op snelheid in het tweede deel, 'Daden', vergezeld van de beeld van de spoorlijn als metafoor voor de versnelling van technologische vooruitgang. De Communistisch Manifest wordt hier besproken, evenals het werk van Marx met het socialistisch georiĆ«nteerde New York Daily Tribune. Naast commentaar op zijn indrukwekkende intellectuele output, presenteert Hosfeld Marx als een complex persoon compleet met gebreken. Jaloers op de successen van sommigen van hem kennissen maakte Marx lijsten van spottende, antisemitische bijnamen. Er wordt ook opgemerkt dat hij "enorm opgewekt" was over de verwoestende financiĆ«le crisis van oktober 1857, zeker dat dit zijn langverwachte communistische revolutie zou inluiden. Het is moeilijk voor de lezer om niet mee te leven met de teleurstelling wanneer de vruchten van vijftien zware jaren van onderzoek, culminerend in Marx’ Contributions to the Critique of Politieke economie, door zijn tijdgenoten met onverschilligheid begroet en genegeerd wordt. Deze enorme sectie begint met een hoopvolle Marx, er zeker van dat hij de spreekbuis is van de geest van geschiedenis. Deze Marx wordt voortdurend aangemoedigd en opgefrist door heroĆÆsche figuren als Abraham Lincoln en de relatief frequente kapitalistische crises, maar de hoop is grotendeels vervlogen door het einde, na de val van de Commune van Parijs en de opkomst van de Europese bourgeoisie in de vroege jaren 1870.

In het volgende gedeelte, 'Ontdekkingen', wordt Marx teleurgesteld door de afwezigheid van revolutie en begraaft zichzelf  in de economische theorie. Dit deel van het boek gaat voornamelijk over politieke economie en situeert Marx onder zijn medetheoretici. In tegenstelling tot Smith en Ricardo die schrijven terwijl de industrialisatie nog in de kinderschoenen stond, schrijft Marx vanuit de volledig ontwikkelde staat. Dit gedeelte bevat ook enkele retrospectieve opmerkingen over de bijdragen van Marx aan het veld van hedendaagse theoretici. Charles Taylor, bijvoorbeeld, wordt geciteerd als te zeggen dat Marx' grootste... ontdekking was dat het kapitalisme het “meest innovatieve en creatieve economische systeem in de mens” is geschiedenis – en tegelijkertijd ook de meest destructieve”. Het intellectuele kader van Marx wordt ook vergeleken met zijn economische voorgangers; terwijl de denksystemen van Smith en Ricardo geworteld zijn in de causaliteitstheorie van Newton, is Marx stevig verankerd in de Hegeliaanse dialectiek met een vleugje darwinisme. Met betrekking tot het kapitalisme, als de kapitalist of verkoper de stelling is, dan is de consument of koper is de antithese. Wanneer de kloof tussen deze twee te groot wordt, bereikt het kapitalisme synthese, of herstel van evenwicht, door een economische crisis. Om te ontsnappen aan de spiraalcyclus van crises, waarvan Marx dacht dat ze zouden leiden tot de... uiteindelijke suĆÆcidale vernietiging van het kapitalistische systeem, het systeem van kapitaal moest worden vervangen door een door de staat gecontroleerde, grondig geplande arbeidsorganisatie. De receptie van Marx’ hoogtepunt, Kapitaal, wordt opgepikt in ‘Consequences’, de laatste en kortste sectie. Dit gedeelte gaat over Rusland, een land dat Marx ooit beschimpte maar nu toejuicht, zoals de... studenten en revolutionairen zijn meesterwerk consumere met een ijver die in het Westen ontbreekt.

Het boek maakt gebruik van kleine trucs, geĆÆntroduceerd in een kleine notitie voorafgaand aan de tekst: cursiefjes worden gebruikt om woorden en korte zinnen te markeren die uit Marx’ eigen geschriften zijn gehaald en ingevoegd in Hosfelds werk. Zoals uitgelegd in de notitie, zijn deze fragmenten bedoeld "om de tekst op een naadloze manier te doordrenken met" Marx’ stem en perspectief .” Deze korte segmenten van Marx werken vaak precies zoals vermeld in dit citaat, hoewel ze steeds spaarzamer worden gebruikt als het boek vordert. De opmaak die wordt gebruikt om ze aan te duiden, is echter een beetje problematisch, zoals cursief is ook gebruikt, zoals standaard is voor Engels proza, om tijdschrift- en boektitels te markeren, die zijn genoemd in overvloed, naast het occasionele Duitse woord.

De grootste prestatie dit werk is dat het duidelijk de relatie tussen Marx’ vroege obsessie met het Hegeliaanse denken belicht en Marx’ latere economische geschriften. Dit zal vooral aantrekkelijk zijn voor wetenschappers die geĆÆnteresseerd zijn in de geschiedenis van economisch denken, historiscisme en de voortgang van de negentiende-eeuwse tijdgeest. Deze kracht markeert echter ook de grootste zwakte van het boek. Omdat het volume van Hosfeld geen enkele heeft uitleg van de Hegeliaanse dialectiek of van zijn historische filosofie, zouden de lezers al moeten zijn bekend met deze begrippen. Zolang dit voorbehoud in gedachten wordt gehouden, is dit meeslepende boek zou met name uitstekend achtergrondmateriaal zijn voor seminars op graduaatniveau die zijn gericht op negentiende-eeuwse Duitse filosofie en intellectuele geschiedenis.

(Bron: Brandi Besalke Washington University in St. Louis)

--

Recensie 2:

In 1844 schreef Karl Marx vanuit zijn ballingsoord Parijs: 'Het wapen van de kritiek kan de kritiek van de wapenen niet vervangen' Dat was — niet alleen, maar ook — het resumĆ© van een persoonlijke ervaring. Laat ons deze uitspraak van de destijds zesentwintigjarige allereerst als autobiografische notitie opvatten.

Op 18 maart 1843 had hij vanwege de censuur zijn ontslag genomen als hoofdredacteur van de liberale Rheinische Zeitung. Het jaar was voor hem al onder tamelijk 'duistere voortekenen' begonnen, maar nu was het wapen van de kritiek hem uit handen geslagen. Door de Pruisische censuur zijn sommigen indertijd behoorlijk de kluts kwijtgeraakt. Velen zijn erdoor geradicaliseerd. Marx werd niet in de laatste plaats door deze ervaring de radicaal die latere generaties in herinnering zouden houden. Ook hij was een kind van zijn tijd.

Tsaar Nicolaas I was daarvoor min of meer persoonlijk verantwoordelijk, want het vonnis over het Keulse blad was niet geheel zonder druk uit Rusland tot stand gekomen. Anti-Russische artikelen, waarin kritiek werd geleverd op de afhankelijkheid van Berlijn ten opzichte van Sint-Petersburg, waren de tsaar in het verkeerde keelgat geschoten, en daartegen tekende hij fel protest aan. De Pruisische gezant werd tijdens een bal aan het hof ter verantwoording geroepen. Er volgde een brief op hoge poten vanuit het Winterpaleis naar Potsdam. De Rheinische Zeitung werd verboden. Marx moest zijn biezen pakken. 'In Duitsland kan ik niets meer beginnen: schreef hij begin 1843. 'Hier pleeg je verraad aan jezelf.' Een goed leven in een verkeerde omgeving? Nee, dat was onmogelijk. Hij ging naar Parijs, de Europese wereldstad, waar een jaar eerder de Duitse dichter Heinrich Heine om dezelfde reden ook al naartoe was getrokken.

Heine was destijds de beloftes van de Parijse julirevolutie gevolgd. 'Zonnestralen, gewikkeld in drukpapier's noemde hij de eerste krantenberichten van de vrijheidsstrijd in de Franse hoofdstad, toen die hem bereikten. Het was voor hem als een reis vanuit de Hades naar het leven. Juli 1830 betekende een cesuur voor heel de eeuw. 'Die straatgevechten in Parijs,' schreef Benedetto Croce in zijn Storia d'Europa nel secolo decimonono, 'kregen de betekenis van een slag in een wereldoorlog: wie angstig terugkeek zag slechts walm en duistere wolken aan de politieke horizon van Europa, waar in ƩƩn klap de zon doorheen breekt: de julizon.' En Hegel dacht in 1831, zoals hij laconiek tegenover zijn studenten in Berlijn opmerkte, dat er met de restauratie van de heerschappij van de Bourbons na de val van Napoleon, waartoe op het Congres van Wenen was besloten, niet veel meer dan een vijftienjarige klucht was geƫnsceneerd.

Een creatie van de Heilige Alliantie was onverwacht ineengestort en bood de tijdgenoten het schouwspel van een gebroken eeuwigheid. Ze had geen wereldgeschiedenis geschreven, maar de langverwachte nederlaag van de restauratie in Frankrijk was, zoals Hegels leerling Eduard Gans wist te vertellen, een grote Europese gebeurtenis. Daaruit was vooral gebleken dat het principe van de revolutie, niet dat van de restauratie het verdere verloop van de negentiende eeuw zou bepalen. Het eerste gevolg daarvan was de onafhankelijkheid van Belgiƫ. Engeland kende in 1832 een hervorming van het kiesrecht, Spanje kreeg in 1834 een constitutionele grondwet. In Duitsland kwamen in 1832 liberalen en democraten op het kasteel van Hambach bijeen voor een feest van volksverbroedering. In hetzelfde jaar richtte Giuseppe Mazzini de vrijheidsbeweging La giovine Italia op en stelde die open voor de Europese gedachte.

De julioverwinning in Parijs deed overigens al het begin van een nieuwe scheuring tussen bourgeoisie en peuple vermoeden. Het beroemde schilderij 'De Vrijheid op de barricaden' van EugĆØne Delacroix geeft daar een goed beeld van. Het was dĆ© verrassing van de jaarlijkse Parijse kunstsalon van 1831. Een allegorie van de vrijheid? Jazeker. Maar deze kon het evenwicht tussen de burgers en de proletarische figuren uit de faubourg, die op de barricaden voorwaarts stormden, nog maar net bewaren. 'Al het zijnde leidt tot droefheid,' meende de schilder in een korte notitie onder de titel `Metafysica'. Er lag iets onzekers, bijna melancholieke over deze blootborstige apotheose van de vrijheid uit die heroĆÆsche dagen in juli. In datzelfde jaar ging Karl Marx naar de derde klas van het Friedrich Wilhelm Gymnasium in Trier.

Hij behoorde in zekere zin tot de 'revolutionaire generatie' van zijn eeuw. In 1831 en 1834 kwamen in Lyon de zijdewevers in opstand met de strijdkreet 'Vivre en travaillant ou mourir en combattant', leven om te werken of vechtend ten onder gaan. In 1835, drie jaar na het Hambacher Fest, werd Marx student. In 1840 kreeg hij tijdens de Rijncrisis een uiterst emotionele opwelling van Duits nationalisme en haat tegen de Fransen, die echter geen sporen bij hem naliet. Als gedoopte jood uit Trier kon hij het als gevolg van de antinapoleontische bevrijdingsoorlogen ontstane nationalisme, waaraan door de Franse roep om annexatie van de linkeroever van de Rijn nieuw voedsel was gegeven, toch al nauwelijks navoelen. Dat was niet zijn wereld. Men had wel problemen met Pruisen, maar de herinneringen aan de Fransen vertoonden eerder nostalgische trekken. Het waren gelukkige jaren toen de Code Civil aan de Moezel werd ingevoerd en de emancipatie van de joden werd verkondigd. Maar in 1840 verscheen ook Die organische Chemie in ihrer Anwendung auf Agricultur und Physiologie van Justus von Liebig, een mijlpaal op weg naar een rationele landbouw en moderne wereld.

Marx voer per stoomboot van Koblenz naar Bonn voor zijn eerste semester. Sinds 1827 was er een regelmatige lijndienst tussen Mainz en Keulen, die in Ć©Ć©n klap alle voorstellingen over ruimte en tijd veranderde. 'De stoomboten varen te snel,' klaagt de heldin Wally in een roman van Karl Gutzkow uit 1835.

(Bron: https://www.spiritualia.be/literatuur/boek.aspx?isbn=978-90-450-1703-7)



Reacties

Populaire posts van deze blog

Typisch Spaans: Balay

Voorbij goed en kwaad (Nietzsche)

Begraven of cremeren?