Finite and Infinite Games (James Carse)

Is het nu eindige en oneindige spellen, of spelen. Het meervoud van spel is spellen, maar oneindige spellen klinkt in licht van het boek toch wat vreemd. Voor de zekerheid heb ik de oorspronkelijke titel aangehouden. Finite and infinite games, a vision of life as play and possibility, is een boek uit 1986, van ... James P. Carse. Ik kwam erop door het lezen van een boek van Simon Sinek. Possibility in de ondertitel verwijst naar Bismarck, die politiek beschreef als de kunst van het mogelijke.
Hierbij - in eerste instantie - geen echte samenvatting hetgeen na een keer lezen niet echt mogelijk is, maar meer een bloemlezing van de inhoud.

Een. Er zijn twee soorten spellen. Een hoofdstuk dat een beetje de lijn van het boek markeert, maar tal van stellingen en haast modern aandoende one-liners. (zie links). Het hoofdstuk bevat tal van bedenkingen, zoals: "Wanneer je verplicht wordt te spelen kan je niet spelen,"

Twee. Niemand kan alleen spelen.
Onophoudelijke veranderingen betekent niet discontinuïteit. Maar verandering zelf is de basis voor onze continuïteit als personen. Alleen dat wat kan veranderen, kan continueren: dit is het principe waarmee eindige spelers leven.

In de oneindige spelers' zijn visie over politieke affaires gaat het om intentie en willfulness. Voor oneindige spelers is politiek een vorm van theater (theatricality), het is de opvoering van rollen voor een publiek, volgens een script dat  waarvan de laatste scene bekend is bij de performers.
De oorlog in Zuidoost-Azië heeft de VS dus niet verloren op het veld, maar ze heeft haar supporters voor de oorlog verloren (thuis in de VS) en daarmee de energie om verder te vechten.

De maatschappij is de som van alle relaties onder een politieke beperking. Cultuur daarentegen is dat wat we met elkaar doen door niet gedirigeerde keuze. Culture is the realm of the variable...(Burckhardt). Net zoals een oneindige spel niet binnen een eindig spel kan plaatsvinden, dan cultuur niet begrensd worden door de maatschappij. Beiden, cultuur en maatschappij zijn dus echte tegenstanders van elkaar. The power of citizens in a society is determined by their ranking in games that have been played. Cultuur wordt gedefinieerd door haar horizon, de maatschappij door haar grenzen. De grootste strijd van een maatschappij is niet die met anderen maatschappijen, maar met de cultuur die in haar leeft.
Eigendom is een van de redenen van vermogen, en moet beschermd worden, maar wanneer die bescherming minder door macht plaatsvind, en meer door theater, dan worden maatschappijen afhankelijk van hun kunstenaar , wat Plato bedoelde met Poietai: verhalen-vertellers, uitvinders, beeldhouwers, dichters en oorspronkelijke denkers.

Kunstenaars kunnen niet getraind worden, ze hebben geen plaats in de maatschappij niet omdat ze niet willen, maar omdat ze die plaats niet serieus nemen. Kunstcollecties zijn altijd eigendom van de rijken, en is te zien aan de namen van musea in New York (Gugenheim, Carnegie, Frick, Rockefeller, Whitney, morgan, Lehman). Kunst is nooit eigendom, altijd mogelijkheid en dus niets dat eigendom is, kan kunst zijn. Eigendom trekt de aandacht naar titels en wijst naar het verleden richting een beëindigde tijd. Kunst is dramatisch, opent altijd naar voren en begint iets dat nooit af gemaakt kan worden.

Drie. Ik ben mijn eigen maker (genius of myself). Dit hoofdstuk gaat o.a. over causaliteit: ik ben niet geboren want dat is een discontinu proces, in plaats daarvan ben ik ontstaan als fase in een reproductie proces. Ik ben onderdeel van de maatschappij en de cultuur en voel dit conflict tussen theater en drama. "Mijn ouders zouden misschien een kind gewenst hebben, maar ze konden zeker mij niet gewenst hebben." Net zoals titels waardeloos zijn zonder de visibiliteit van anderen  is er een soort antititel die aan onzichtbaarheid hangt. Onzichtbaarheid is een verleden dat verdoemd is tot vergetelheid. Om zichtbaar te blijven moeten winners hun titel dus steeds weer verdedigen en dat is de reden dat ze blijven spelen. [een van mijn vragen waar ik langere tijd mee worstelde, waarop stopt een winnaar niet gewoon een keer.?] Zie ook: Nietzsche, faculty of oblivion.
Ziekte - zoals kanker - is altijd verbonden met een bepaalde activiteit (lopen, zien, eten, slikken, etc). "Sexualiteit is een eindig spel, waarin de winnaar de verliezende tegenstander als prijs ontvangt."
Freuds bekende zienswijze the civilized are, therefor the discontent. We worden geen verliezers in civilisatie, maar we worden geciviliseerd als verliezers. Civilisatie neemt daarom de vorm aan van resentment (wrok). Maatschappijen kunnen eenvoudig aangevallen worden. De machtigste kunnen in hun hemd gezet worden door de zwaksten, zoals de Sovjet Unie door Afghanistan, Britain door Argentinië en de VS door Grenada. De echt revolutionair is niet de zoon die zijn vader omverwerpt, maar het herstel van de maker (genius) door seksualiteit. De grootste veldslagen hebben een seksuele aanleiding [Paris, Troje eigen voorbeeld] Hij die een wereldrijk wint, fortuin vergaard en beroemd wordt maar in liefde verliest, verliest alles.
Oneindige spelers zijn niet geïnteresseerd in de verleiding van anderen voor hun eigen grenzen en speelsheid. Seksualiteit is een horizontaal spel.

Vier. Een oneindig spel vindt plaats binnen een wereld. Dit is het kortste hoofdstuk. Er is een buitenkant voor elk eindig spel en dat is de omgeving. De binnenkant (van het spel) is relatief, de buitenkant is absoluut, de wereld. De wereld bestaat door haar toeschouwers, we zijn allemaal spelers op zoek naar een wereld (Meister Eckhart Eternal Birth).

Vijf. De natuur is het land van het on-spreekbare. De natuur heeft geen stem van zichzelf en niks te zeggen. Alles dat verklaard kan worden, kan voorspeld worden. Natuur laat geen meester over zichzelf toe. De geschiedenis is het land van het (be)spreekbare. Het is het drama van genius. Historici hebben het over trends, cycli, stromen en krachten alsof het natuurlijke gebeurtenissen zouden zijn. Wanneer men dingen niet meer kan of wil uitleggen, gebruikt men een verhaal, zonder causaliteit. Een verhaal (narrative) is het afscheid nemen van verklaringen. Elke onderwerp (in de geschiedenis) heeft zijn eigen publiek (supporters), zoals Christenen, Manichaism, Lamarck of Darwinaanse aanhangers.

We bedwingen de natuur voor maatschappelijke doeleinden. Natuur heeft geen binnen- of buitenkant en is niet deelbaar. Het heeft geen orde, ook chaos en orde zijn onze ervaringen erover. De machine en de tuin staan model voor de natuur en de cultuur. De tuin groeit van binnenuit net zoals de natuur, de machine heeft energie nodig, net zoals de cultuur. [mijn interpretatie]. Tuinmensen slachten geen dieren, en dieren kunnen niet geoogst worden, ze worden wel volwassen, maar niet rijp.
Afval is unveiling en daarom wil men - de maatschappij - het uit het zicht hebben. Waste persons, zijn niet langer bruikbaar in de maatschappij (Rubenstein).

Zeven. De Mythe provoceert verklaringen, maar accepteert geen enkele hiervan. Een cultuur kan niet sterker zijn dan haar sterkste mythes. Verklaringen absorberen het niet-spreekbare tot het spreekbare.  en establish eilanden van orde en voorspelbaarheid. Verhalen-vertellers worden ideologen wanneer ze het verhaal gaan opvatten om het hele systeem te verklaren. Resonantie is tegengesteld aan amplificatie. Een ideologie is de amplificatie van een mythe. Verklaringen zijn het ultieme ontwerp om mythes te elimineren.

Het boek sluit af met de zin: er is maar één oneindig spel.

... Tot zo ver een samenvatting, c.q. bloemlezing. Wat moet je hiermee? Later nog eens lezen, wellicht. Het aardig van het boek is de vorm, van losse gedachtes die in een minimale structuur zitten van zeven hoofdstukken. Veel van die losse stellingen krijgen geen vervolg en velen zijn ook onbegrijpelijk. Het boek geeft geen verdieping van het idee richting een climax naar het eind van het werk, maar blijft "oppervlakkig." Je zou het geheel af kunnen doen als een soort experiment van hardop denken en opschrijven wat in je opkomt, maar dat lijkt onmogelijk door de veelheid aan verbindingen in de tekst. Veel van de gedachtes motiveren om verder te denken. En nadat ik het las en begreep dat de schrijver theologie gestudeerd had en zich begeeft in een wereld van religie, zou je het een religieuze tekst kunnen noemen, een soort bijbel die je niet letterlijk kunt nemen.
Op Amazon.com schrijft iemand dat je finite and infinite games, moet vertalen naar de tijd van nu, tot competitieve en coöperatieve spelen, maar daar ben ik het niet mee eens. nergens gaat het over organiseren.

De auteur Carse is op vele video's te zien, zijn boek is vele malen vertaald, en zijn achtergrond is dus verbazend genoeg, historicus van religie. Hij heeft theologie gestudeerd, maar volgens Wikipedia is hij zelf atheïst.

Wanneer ik denk aan een oneindige spel, dan denk ik gelijk aan het motto: never give up.

--
2018/05/homo-ludens-op-wikipedia

Reacties

Populaire posts van deze blog

Typisch Spaans: Balay

Voorbij goed en kwaad (Nietzsche)

Begraven of cremeren?