Donut economie

Donut economie, of Doughnut economics, is een boek van Kate Raworth over zoals de titel zegt, zeven manieren om als een 21ste eeuw econoom te denken. Het boekcover geeft een mooie vorm aan deze visie, het is een manier van economie bedrijven, zoals het tekenen op een schoolbord, met als centrum de donut: de nieuwe vorm die in het boek centraal staat.

Economie, zo stelt de schrijver, is de lingua franca die door bedrijven en overheden gesproken wordt, maar waarvan veel aannames niet meer kloppen. "Dat werd duidelijk met de crisis van 2008 die geen enkele econoom zag aankomen en daarnaast zijn er de langzaam brandende kwesties van klimaatverandering en globale ongelijkheid."

Er is dus een nieuwe manier van denken nodig en de donut biedt een framework, een nieuw concept. De donut bestaat uit een binnencirkel en die vertegenwoordigt het sociale fundament en de buitencirkel geeft een ecologisch plafond aan. Dat laatste is wat nu ontbreekt omdat de theorie van nu geen rekening houdt met de onttrekking van schaarse grondstoffen aan de aarde die oneindig zijn. (maar terwijl je dit opschrijft denk je dan aan schaarste die zorgt voor prijsvorming, waardoor deze begrenst wordt. Enfin, het gaat nu om de donut).
Binnen de twee cirkels van de donut is het veilig schipperen voor de mensheid: al onze sociale behoeften kunnen bereikt worden zonder dat we de planeet overmatig belasten! Dat is op zich een mooie presentatie. Het nadeel van de donut is zo eenvoudig te vinden wanneer je eenmaal de theorie kent, namelijk dat de donut het symbool is van deze economie van groei en consumentenbehoeften die deze groei moeten stuwen. De donut is het symbool van het kapitalistische model dat Raworth aanvalt, zonder het op zich te noemen.

Het sociale fundament is alles dat mensen nodig hebben om te leven, zoals schoon water en voedsel, maar zelfs dat is niet voldoende. "We willen niet dat mensen puur moeten overleven, maar dat ze opleven (thrive, in het Engels). Mensen hebben meer nodig dan eten alleen: daarnaast zijn er sociale doelen zoals ondersteunende netwerken, het gevoel van gemeenschap (the common good klinkt daarin door) en politieke vertegenwoordiging, en gender gelijkheid niet te vergeten.
het ecologische plafond is afgeleid van de theorie van Johan Rockstroem en Will Steffen met negen vitale processen om onze planeet duurzaam te houden voor  menselijk leven (zie afbeelding, stockholmresilience.org).

Deze buitenring dient als een veiligheidsnet om de economische processen te beschermen, om zo een milieu of klimaat-catastrofe to riskeren. De feiten wijzen echter al uit dat we al over deze grens heen gaan. Op youtube staat een via van de Radboud Universiteit met een presentatie van de econoom waarin ze voor Nederland de donut geschetst heeft, ook Nederland overschrijd de ecologische grenzen. De klok tikt. En dus, moeten we anders denken. De theorie geeft zeven aanknopingspunten om als vernieuwde econoom te denken:

1. Verander het doel, stop het denken in groei van het BNP.
Het is niet altijd zo geweest dat economie over groei ging. Economie als wetenschap (of kunst) begon met de Grieken als denken over gezond huishouden en over het gebruik van zo min mogelijk middelen, of over het efficiënt inzetten hiervan. In dezelfde tijd hadden de Grieken voor het opbouwen van vermogen een ander woord: chrematistics. In de achttiende eeuw echter wordt economie van kunst tot wetenschap gepromoveerd, o.a. door John Stuart Mill, weg van schaarse middelen naar algemene wetten voor het economische leven. Later ontstonden stromingen zoals die geleid door Milton Friedman, van de  Chicago school om puur (positieve) beschrijvingen te bieden van hoe dingen werken zonder een normatieve insteek van hoe het eigenlijk zou moeten in de economie. Hiermee verloor de economie haar gevoel voor doelgerichtheid. Al snel kwam er een nieuwe obsessie: groei. Tegen het eind van de twintigste eeuw was men al verslaafd aan het meten hoe naties vermogen genereerde, met het BNP als maatstaf  van Kuznets. Hij zag tekortkomingen, omdat het alleen de marktgoederen meet en niet goed rekening houdt met diensten van huishoudens, de staat of de maatschappij. Hij was zijn tijd voor.

Raworth zet hier de cultuur van ons economische denken tegenover het leven in natuur. “Daar bestaat geen eeuwige groei: bomen groeien tot op een bepaalde hoogte. Na groei ontstaat een rijpheidsstadium.” Ze meent dat het precies een aardse basismateriaal als olie is geweest die ervoor heeft gezorgd dat men ging denken in termen van oneindige groei. Want olie was oneindig en daarmee konden naties groei bereiken voor hun ontwikkeling.

2. Kom eens met een nieuw verhaal. Er is meer dan de markt alleen. Het klassieke diagram in de theorie is het circulaire stroom-diagram. De economie is als een gesloten systeem, inkomsten stromen tussen bedrijven en huishoudens en banken en overheid en handel treden op als intermediairs. "Dit klopt echter niet. Want de staat maakt wegen en voedt kinderen op en er zijn gezamenlijke middelen zoals wikipedia en publieke gronden waar iedereen van profiteert."
Dit denken is afkomstig van Adam Smith die beschrijft dat het individueel huishouden door eigenbelang het algemeen belang dient, maar Smith vergeet erbij te vertellen dat hij dit werk kon schrijven omdat hij bij zijn ouders inwoonde. Zijn werk hing af van onbetaalde arbeid. "En dit is nog steeds een blinde vlek in hedendaagse economie theorie."
De economie is een open subsysteem in een gesloten ecologische systeem (aarde). Dat scheelt eraan (theorie van Herman Daly). Zonder de energie van de zon en de metalen van de aarde bereiken we niets. De middelen van de aarde echter kunnen niet vernieuwd worden, deze zijn eindig.

Het is nodig dat we in de economische wetenschap een nieuw verhaal gaan vertellen. Destijds (1947) kwam de neo-liberale-school in opgang, in 1987 werd dat het laissez-faire-denken waarin de staat incompetent werd geacht en de markt het heilige middel werd. "Dat verhaal moeten we veranderen."

3. Nurture human nature. De gedachte van de economie als rationeel mens is fout. Dit is een zelf-vervullende theorie. Zolang we denken dat economie over rationaliteit gaat worden we meer egoïstisch dan wanneer we dit niet studeren. Ook andere taaluitingen veranderen ons denkbeeld. Vroeger was een begrip als burger gemeengoed langzamerhand werd dat consument.

In de VPRO documentaire vertelt Raworth over het schilderij van Rembrandt dat haar inspireert: de anatomische les. Deze leidde destijds tot een hernieuwd inzicht in de medische wetenschap, iets dergelijks hebben we nu nodig voor de economische wetenschap. We moeten van de rationele economische mens, naar een WIJ gedachte, sociaal.

4. De echte wereld is een complex netwerk van systemen die afhankelijk van elkaar opereren. Aanbod, vraag en evenwicht zijn in theorie wel maar in de praktijk nooit in evenwicht. In de praktijk is er de onvoorspelbare boom-and-bust cyclus. Omdat economen dachten dat markten naar evenwicht tenderen hebben ze waarschuwingssignalen gemist. Door dat deze mechanische metaforen niet meer werken moeten we op zoek bij de systeemtheorie van terugkoppelingen zoals de balancing loops.
"Dus in plaats van de economische ingenieur hebben we een economische tuinman nodig die de ecologische tuin onderhoudt."

5. Design to redistribute. No pain no gain, is het motto van de Kuznets curve die stelt dat een  sterkere economie niet zonder economische pijn gaat en dat betekent: ongelijkheid. Volgens deze theorie zou bij economische groei de marktkracht eerst zorgen voor afnemende ongelijkheid en daarna tot toenemende economische ongelijkheid. Dus wanneer economie groeit komt de gelijkheid vanzelf “naar beneden vallen.” Maar dat is te goed om waar te zijn. De werkelijkheid is dat de ongelijkheidsverschillen toenemen bij hoog-inkomenslanden.
Er is dus een beter ontwerp nodig. Voorbeelden zijn er zoals de Bangla-pesa in Kenia: de introductie van een tweede munt die voor betere distributie zou moeten zorgen.

6. Onze economie is per default degeneratief. "De economie van de toekomst moet distributief zijn en regeneratief door ontwerp." De economische professie is mede schuldig aan de huidige situatie. O.a. door het misleidende idee dat bij groei van een economie er ruimte komt voor heb oplossen van de afval dat ze produceert. De feiten wijzen uit dat dit niet zo is. We moeten dus af van een lineaire economie en op zoek naar een circulaire economie.
Hiervan zijn er natuurlijk al diverse initiatieven.

7. Van groeiverslaving naar groei-agnostiek. We kunnen niet eeuwig blijven groeien. De vraag is: wat komt er voor in de plaats? Ook beperkte groeivooruitzichten leiden tot verdubbeling van greenhousegas. Hoe worden we minder afhankelijk van groei?
"Dat begint met geld. Daarvoor ontvang je rente wanneer je het vasthoudt. Hoe meer je spaart hoe meer het groeit. Dat is de mindset van de financiële sector, terwijl het beter geïnvesteerd kan worden. Maar wat nu als geld dat gespaard wordt minder rendeert? Dat is het idee achter demurrage (vertragen). Mensen worden gemotiveerd om het uit te geven, maar dan moeten we wel investeringsprojecten kiezen binnen de donut en het groeimodel verlaten."

Dus circulaire initiatieven als rent a jeans of ontwerp een Fairphone zijn twee voorbeelden die VPRO tegenlicht over de Donut economie geeft. In hetzelfde programma komt ook een bedrijf als Umicore (België) ter sprake die mobiele telefoons recycleert en daaruit de grondstoffen waaronder goud extraheert. "Dat goud wordt nu gebruikt voor de productie van olympische  medailles."
Een ander voorbeeld uit de VPRO documentaire is de geplande circulaire productie in China, waar de overheid 360 miljard investeert in zonnepaneelprojecten.

Zover de theorie in een samenvatting (met dank aan youtube presentaties, VPRO en Blinkist).

Kate Raworth beschrijft in de inleiding dat ze in Afrika gewerkt heeft en onder andere ontwikkelingswerk deed voor een instelling als Oxfam. Hmmm. Oxfam, die instelling waar de leiders in Haïti vrouwen inzetten voor hun eigen genoegens... Maar de wereld is niet perfect, ook niet de nieuwe economie.

Los van deze theorie - dat je als een aardig initiatief kan zien om de wereld en daarbinnen de economiewetenschap te veranderen - gaat het bij veranderingen natuurlijk om de vraag, hoe nu verder?
De circulaire initiatieven zijn er wel, maar is dat voldoende?

Ik denk aan het probleem van geloofwaardigheid. We moeten af van het denken in groei. Maar alles in de wereld is gelinked aan groei. Ook bij de presentaties van youtube staat het aantal views (Doughnut Economics | Lecture by economist Kate Raworth. 404 weergaven). Een verhaal moet zich groeiend verspreiden. Het moet gaan leven, en om in de metafoor van de natuur te blijven moet de groei gepaard gaan met het verstikken van het oude (economische gedachte)leven waarin alleen het nieuwe denken overleeft op een nieuwe voedingsbodem.

Hieronder de link naar het verhaal van de wasmachine van de toekomst: je bent geen eigenaar meer van een wasmachine, of van een product, waar nu een spijkerbroek aan toegevoegd wordt. In acht jaar tijd is dat een bijzonder trage groei. Er is dus meer nodig. Wat dat meer is weet ik niet, maar waarschijnlijk geen donut.

--
2011/10/innovatieprijs-2011-de-wasmachine-van-de-toekomst

Reacties

Populaire posts van deze blog

Typisch Spaans: Balay

Voorbij goed en kwaad (Nietzsche)

Begraven of cremeren?