Tijdloos bouwen

Voor zover ik weet zijn deze boeken alle drie in dezelfde vorm uitgegeven, hardcover met een aparte kaft zoals op deze afbeelding.

Drie boeken, the Timeless way of Building, A pattern language and the Oregon experiment. De serie is uit 1979, en Christopher Alexander was verbonden aan Berkeley in California. De theorie gaat over een andere architectuuropvatting, en deze zijn inspiratie geweest voor architecten, maar veel meer nog naar mijn mening voor ICT'ers die de visie of het idee gebruikten voor zaken als ict-,business-, of bedrijfsarchitectuur.
Of het daarbij gaat om concrete concepten dan wel meer een cult-achtig-idee dat navolging zou moeten krijgen, is een beetje de vraag. Het boek laat voldoende ruimte over voor de architect om zijn gebouwen vorm te geven, maar voor de digitale architectuur is het moeilijk om concreet aan te geven waar deze theorie nu leidend is.
De inspiratie omtrent het denken in systemen is misschien wel het belangrijkste winstpunt. Of de unieke manier om over bouwwerken in het algemeen na te denken. Wat "bouw" kan natuurlijk overal op slaan: op stenen massa's maar ook een webpagina.

The Timeless Way of Building (546 blz.) gaat in eerste instantie over kwaliteit. Dat - en daar begint de moeilijkheid - is niet te vatten in een woord, maar laten we is wat onderdelen bekijken.

- het bouwproces kan twee dingen bereiken, een levend gebouw of een doods gebouw, en achter dat eerste ligt een eenvoudig gemeenschappelijk (bouw)proces. het is een precieze methode, "maar die niet mechanisch kan worden toegepast."

Ondanks die ene kwaliteit, kan deze niet benoemd worden. Maar het gaat om een aantal dingen, zoals "leven." Alexander geeft hier het voorbeeld tussen de verschillende manieren waarop je een vuur kan maken. De ene variant levert een aantal blokken op die gestapeld zijn en branden. Maar een echt vuur vraagt om een techniek van iemand die weet hoe je een vuur moet bouwen. Iemand die het begrijpt.
Een tweede begrip van kwaliteit is: geheel (Whole). Een persoon is alleen heel als hij onderdeel is van een groter geheel, van een groep. En zo is een dorp alleen "geheel" wanneer het onderdeel is van haar omgeving. Comfortabel is een ander woord. Dat heeft echter ook een negatieve bijklank die geneutraliseerd moet worden. Want een comfortabele familie heeft geld waar ze niets zinnigs mee weet te doen. "Vrij," "exact", "egoloos," "eindeloos," zouden ook woorden kunnen zijn die "kwaliteit" beschrijven, maar ze schieten allemaal tekort.
Daarom is het om het bereiken van kwaliteit niet nodig om puur naar de letterlijke taal te kijken, maar om iets anders te vinden. En dat begint met de gedrags- of gebeurtenispatronen die plaats vinden in en om het gebouw (of de stad) die gebouwd moet worden. De essentiële toevoeging van Christopher omtrent deze patronen is dat ze iets moeten genereren: ze moeten iets tot leven brengen.

Om met een van de voorbeelden van dit boek af te sluiten. Een patroon dat levend is, of leven genereert is dat van werk en familie. In de moderne maatschappij zijn die twee gescheiden. Maar een goed patroon om te bouwen is juist wanneer deze twee in elkaar overlopen: werk en familie tesamen.
(Het tweede deel van het boek, the Gate, gaat vervolgens in op de manier om een levend taal patroon te bouwen alvorens tot de bouw te kunnen beginnen. In the Way, deel drie, staat vervolgens hoe je met de patronen tijdloos kan construeren.)

A Pattern Language, deel twee, schreef Alexander bovendien met anderen samen. Dat is ook een belangrijk element in de hele theorie, bouwen is samenwerken.
Het boek bestaat uit 253 patronen die gegroepeerd zijn rond de thema's dorpen, gebouwen en constructie in het algemeen. Het verhaal begint met een samenvatting van "de taal," waarin elk patroon een deel krijgt toegewezen in het "geheel." Te beginnen met (#1) - onafhankelijke regio's waar binnen de distributie van dorpen (#2), stad-land-gebieden (#3), agronomische valleien (#4), landstraten (#5), dorpen (#6) en platteland (#7) in voorkomen. Dat deze patronen bij elkaar passen heeft te maken met het "gebruik." Een patroon bespreekt een bepaald Probleem gegeven een Context, en levert aan het eind een Oplossing.

Om het idee van zo'n patroon uit te leggen, laat ik er hier een zien:  Locale sport (#72)
... in alle gebieden waar mensen leven en werken - vooral in de werk gemeenschappen (#41) en de gebieden die door de preventieve programma's van het health center (#47) in de gaten worden gehouden - moeten aangevuld worden door de provisie voor sport en oefening. Dit patroon definieert de aard en distributie van deze oefening. 
 ...
Het menselijke lichaam slijt niet door gebruik. In tegenstelling, het slijt wanneer het niet gebruikt wordt...

Dan volgt een gehele uitleg van de visie op sport en beweging en het belang van gebieden die dit mogelijk maken in een architectuur, waarna het patroon tot een soort conclusie komt:

Scatter places for team and individual sports through every work community and neighbourhood: tennis , squash, table tennis, swimming, billiards, basketnball, dancing gymnasium ...  and make the action visible to passers-by as an invitation to participate.

Zie hier dus, hoe sterk deze taal is.

--
2017/09/hoe-tijdloos-is-het-begrip-antifragiel?


Reacties

Populaire posts van deze blog

Typisch Spaans: Balay

Voorbij goed en kwaad (Nietzsche)

Begraven of cremeren?