De wijsheid zit in de menigte

The Wisdom of crowds klinkt veel overtuigender en imponerend dan "de wijsheid van de menigte." En dat komt misschien omdat crowd in het Engels niet goed te vertalen is. Want volgens Three is a crowd begint de menigte al bij drie.
Bijzonder aan dit boek is dat het inzicht geeft in organisatiecultuur, aan de hand van een totaal andere invalshoek. Normaal gaat het bij cultuur over leiderschap, over de manier van beslissen (coöperatief of competitief) over over imitatie, en vooral over emoties en dat alles binnen het geheel van een groep. Maar in dit boek gaat het juist over de rationele groep en over de menigte die totaal niet georganiseerd is. De wijsheid die je dan tegenkomt is opmerkelijk en de grote vraag is dan ook, waarom wordt die intelligentie veelal niet gebruikt, of opgemerkt? Of, welke kennis gaat verloren wanneer we specifiek gaan organiseren?

Collectieve intelligentie is te gebruiken bij drie soorten van problemen: bij puur cognitieve problemen, bij coöperatieve vraagstellingen en bij coördinatie-vraagstukken. De cognitieve problemen maken het grootste gedeelte uit van het boek en vormen de basis voor deze visie op groepen. Het begon met een historisch experiment waarin een onderzoeker al in het begin van de vorige eeuw op hetzelfde idee was gekomen: wanneer je de kennis van de groepsleden aggregeert, hoe verhoudt deze kennis zich dan tot die van de beste experts? Het idee is dus zeker niet nieuw, maar is in lijn met deze inleiding niet de focus van de normale antropologen. De schrijver James Surowiecki is dan ook geen antropoloog en ook geen econoom, "maar" journalist.

Het boek geeft criteria die moeten gelden opdat een groep daadwerkelijk intelligentie kan vertonen. Diversiteit is een van de belangrijkste ingrediënten daarvan. Diversiteit betekent dat individuen privé-informatie hebben van bekende feiten of een mening daarover. Een bekend experiment dat hier uitdrukking aan geeft is de vraag in een groot aantal personen hoeveel knikkers of snoepjes er in een getoonde pot zitten, zonder dat ze deze kunnen tellen. het blijkt dat de geaggregeerde telling van de individuele schattingen bijzonder dicht bij de werkelijkheid zit. Andere - moderne voorbeelden van intelligente groepen zijn o.a. de diverse quizzen waar men de mensen thuis om het goede antwoord kunnen vragen. in 91% van de gevallen weet de onbekende groep hier het juiste antwoord.
Ook valt hier de rol van de expert op. Onder economen kent men het gezegde, tien economen, elf meningen, en de schrijver snijdt hier de mythe aan dat experts in de meeste gevallen niet de kennis bezitten, die de groep wel bezit. Het is echter in onze cultuur, juist deze expert geweest die we als held beschouwen.

Om intelligent te zijn als groep is het vervolgens ook nodig dat deze personen in die groep onafhankelijk opereren. In een presentatie van de auteur over het fenomeen Tsunami dat hij niet meer bij de publicatie (van 2005) in het boek kon verwerken maar wel inzicht geeft in het concept, laat hij zien dat individuele bloggers onafhankelijk van elkaar inzicht gaven van de ramp en zo hielpen om de kennis te verspreiden. In dezelfde presentatie gaat hij in op een moderner fenomeen van bloggen en sociale media waarin de zo noodzakelijke onafhankelijkheid verloren is gegaan of gaat, en waarmee hij aantoont dat de intelligentie van de sociale mediawereld afbrokkelt. Zodra mensen elkaar beginnen te retweeten en te imiteren is het gedaan met de onafhankelijkheid en loopt iedereen achter elkaar aan. Zelf gebruikt hij de metafoor van een treadmill en de rat die steeds weer dezelfde afstand aflegt en niet verder komt. Of de mieren die hun doel zijn verloren en elkaar in een cirkel achterna lopen. Informatie cascade is een term die hier bij aansluit: men neemt geen onafhankelijke beslissingen meer, maar neemt de kennis van iemand in de schakel als basis voor de eigen actie.

Decentraliteit - dat vaak samen gaat met samenwerken of coöperatie - is een ander kenmerk dat nodig is, en het voorbeeld van Linux laat dit goed zien: onafhankelijk en decentraal, dus iedere programmeur op zijn eigen locatie kan de software veranderen en het is wederom de groep die het geheel overziet en de fouten in de code kan opsporen.  Ook voor het vinden van een vaccinatie voor een virus is een coöperatief proces waarin de groep via decentralisatie en het delen van informatie kan leiden tot veel snellere resultaten dan wanneer iedere expert op zich en voor zichzelf een oplossing probeert te vinden.
Binnen organisatie speelt hier het organisatorische fenomeen van werk verdelen: bottom-up of top-down. Een gebruikt voorbeeld in het boek is het bedrijf Walmart dat haar organisatie zo heeft ingericht dat de mensen die het beste weten hoe het zit met de verkoop van een product ook verantwoordelijk zijn voor de inventaris. Decentraal dus, omdat deze professionals het dichtste op de markt zitten.

De markt zelf is een ander voorbeeld waar aggregatie werkt, door prijsvorming. Alle partijen in de markt tezamen zorgen voor een prijs die tot evenwicht leidt zonder dat zij elk het geheel overzien.
Dat de markt en markt-participanten vaak niet intelligent werken is bekend onder de fenomenen van groepsgekte: mensen verliezen wanneer ze onzeker zijn, hun onafhankelijkheid en imiteren anderen in hun gedrag. Men denkt dat de expert het wel zal weten en volgen zijn handelen. Het ontstaan van bubbles is hiervan een belangrijke exponent.
Verder is het juist het kapitalistische systeem dat samenwerken mogelijk heeft gemaakt, ondanks dat dit systeem gebaseerd is op egoïsme. Het is door het vertrouwen (trust) dat handelaren met elkaar zaken doen en dat vertrouwen komt tot stand door een individuele belofte aan iemand anders: wanneer blijkt dat één iemand de ander vertrouwt, dan wil ook de volgende aan dit netwerk van vertrouwen meedoen. De hele kapitalistische wereld is op dit vertrouwen gebaseerd.  De keerzijde is corruptie: het blindelings vertrouwen leidt ook tot zelfverrijking en  business in eigen huis (ons-kent-ons). In het boek beschrijft de auteur de oorsprong van deze kapitalistische basis aan de hand van de quakers in Engeland; dat waren professionals die een reputatie hadden opgebouwd en als voorbeeld golden voor anderen zakenlieden.
Ook bekend is wanneer dit vertrouwen wegvalt, bij fenomenen als inflatie en men geen belasting meer betaalt. Alles in het kapitalistische systeem is gebaseerd op vertrouwen en wanneer het wegvalt ontstaat chaos.

Naast de markt als coördinatie-mechanisme is ook onze maatschappij een groot coördinatie-probleem en de cultuur heeft oplossingen gevonden door de introductie van conventies. Zoals het rechts rijden in het verkeer en het voorrang verlenen.

Maar juist het groepsdenken zorgt voor foutieve beslissingen, wanneer men bijvoorbeeld denkt - als groep - dat men tot een consensus moet komen, terwijl het er juist om gaat dat individuele stellingnames kunnen wedijveren totdat de beste stelling boven komt. Dit is typisch een punt waarin het boek inzicht geeft in  irrationaliteit op de werkvloer. Waar komt de kennis vandaan dat een compromis goed is voor het geheel?

Dit boek doet je nadenken over de essentie van cultuur, namelijk dat het bij cultuur gaat om groepsprocessen en dat die groep - van nature intelligent is. Waar gaat het dus fout wanneer we doelgericht organiseren. Dat is een vraag die je na het lezen niet meer loslaat.

--
2014/02/crowd-feeling

Reacties

Populaire posts van deze blog

Typisch Spaans: Balay

Voorbij goed en kwaad (Nietzsche)

Begraven of cremeren?