Campingcultuur
Wat de definitie van campingcultuur is zou ik niet kunnen zeggen, maar dat er zoiets is als het algemene leven op “de” camping staat buiten kijf.
Om het leven op de camping te begrijpen is het begrip RUIMTE essentieel.
Allereerst betekent ruimte het kaveltje dat je toegewezen krijgt voor je verblijf. Die ruimtes verschillen per camping en ook per land, maar ook hier geldt de economie van de schaarste, want een campingsbedrijf zal zo veel mogelijk kavels willen verhuren tegen een zo hoog mogelijke prijs.
De ruimte op een camping heeft een directe relatie met een ander belangrijk begrip: privacy. Mensen die op een camping verblijven hebben vaak geen specifieke eisen op het gebied van privacy. Maar toch is de ene campinggast meer gesteld op rust en sluit deze zich meer af van de campingbevolking dan de andere gast.
De eenvoudige manier om mensen te ontmoeten zou je een onderdeel van de campingcultuur kunnen noemen. Vooral voor kinderen is dit ideaal en vaak voor ouders een reden om een camping op te zoeken: de kinderen vinden snel hun eigen weg naar wat mogelijk een zomervriendje kan worden. Dit geldt geloof ik ook voor oudere kinderen...
Je zou de camping als een gewoon bedrijf kunnen opvatten. Op de camping waar wij dit keer verbleven ontbrak er bijvoorbeeld een systeem voor gescheiden afval. Dat valt dan direct op en daarmee discalifeert een camping zich m.i. op een gebied wat tegenwoordig nogal in de mode is: duurzaamheid. Wel kwam ik de energiezuinige douchekoppen tegen en tijdschakelaars die erg handig zijn als je ’s avonds staat te douchen. Vooral op een kleine camping (in ons geval 10.000 m2 en beheert door een familie) is dit lastig: wel aardig als oplossing voor de eigenaar, maar niet altijd klantvriendelijk, want als het licht uitgaat en de douchebeurt is nog niet ten einde ben je toch niet tevreden. Ook bij een camping gaat het om klanttevredenheid.
Zo vond ik het vreemd dat het bezoekersaantal sterk aan het teruglopen was, terwijl we nog het volle pond moesten betalen (hoogseizoen). Op zich prima, maar als dan dichtbijgelegen wasruimtes “alvast” gesloten worden, kan dat enkel betekenen dat het management wel op de kosten let, maar niet op de (toekomstige opbrengsten) want dat soort acties leidt tot ontevreden klanten. We waren niet de enige die klaagden.
Als je het campingbezoek als een project opvat, zou je bovenstaande ervaring kunnen terukoppelen aan het management. Niet elk management staat hiervoor open. Ook dat is onderdeel van de campingcultuur. Sommige kampbeheerders weten blijkbaar welke klanten toch niet terug zullen komen, maar realiseren zich niet dat nu de ervaringen op Internet gepubliseerd worden. Ik vertelde dat de betreffende camping sinds de publicatie in de campinggids van 2009 (een jaar geleden dus) ca. twintig procent duurder was geworden. De medewerkster keek me ongeloofwaardig aan. Helaas was de eigenaar er zelf niet en daarmee verging mijn motivatie om verder op het thema in te gaan. Ook wilde ik niet Te Nederlands overkomen, om enkel de fouten en kosten te evalueren.
De betreffende vrouw was een van de drie vrouwen die tot de campingorganisatie behoorden. Zij was Frans en als enige niet behorend tot “de familie,” zoals ze het zelf noemde. De andere vrouwen – zo hoorde ik eens vallen – roddelde over deze Française dat ze niet genoeg op hygiëne lette; blijkbaar maakte ze de bierglazen niet goed genoeg schoon want er bleef vaak lippenstift achter op de glazen. Ook dat hoort bij het campingbedrijf: het is net een organisatie en bij het rekruteringsbeleid moet de organisatie kiezen voor een buitenlandse medewerker die zijn talen spreekt en goed valt bij de buitenlandse gasten – maar waar onontkoombaar mee verbonden staat dat dit talent niet goed samenvalt met een andere competentie: zorgvuldigheid. Over productiviteit op de camping valt nog heel wat meer te vertellen.
Ook dit heeft te maken met ruimte, maar dan in de vorm van Tijd.
"Op vakantie" hebben we nu eenmaal meer tijd en dit uit zich in het eenvoudig leggen van contacten. Het aantal verhalen dat ik gehoord heb is enorm. Het begint met een eerste contact en dat verdiept zich dan al snel. Zo kwam ik iemand tegen die gezellig over zijn hobbies begon te vertellen en natuurlijk ook over zijn werk en het feit dat hij eerder “mocht stoppen.” We waren het er beide over eens dat een dergelijk fenomeen niet meer voor iedereen weggelegd zou worden. Het aardige van die individuele verhalen is dat er een hele wereld achter schuil ligt waar je gewoonlijk niets over hoort.
In het bedrijfsleven is weinig tijd en heeft men steeds minder aandacht voor persoonlijke gesprekken, en je zou al snel neigen om te stellen dat bedrijven nog wat kunnen leren van de campingcultuur: meer tijd voor persoonlijke relaties en aandacht. Maar dan moet men zich ook afvragen in hoeverre die verhalen en al die aandacht functioneel is en of meer aandacht op het persoonlijke vlak ook leidt tot een betere werksfeer?
Op het Internet las ik ergens dat de politiecultuur vergeleken kon worden met de campingcultuur: iedereen weet alles van elkaar... Die privé-kennis staat een zakelijke aanpak blijkbaar in de weg. Als je als collega’s de hele dag met elkaar optrekt dan is het misschien moeilijk om zakelijk en privé uit elkaar te houden en dat leidt wellicht tot onduidelijkheid.
En dan zijn er de subculturen binnen de campings in binnen en buitenland.
In Spanje ... (bijvoorbeeld) zijn de campings anders georganiseerd dan in Nederland. Hier is dezelfde campingcultuur ongetwijfeld debet aan, want in Spanje is die cultuur veel minder ontwikkeld dan in Nederland of in Frankrijk.
In Noord-Spanje merk je dat die cultuur overgenomen is door de kampeerders uit hetzelfde noorden. De campings aan de Costa Brava zijn Europees, waar de Noord-Europeanen elk hun eigen plek hebben. Als de Nederlandse kampeerder vervolgens doortrekt naar een camping in Andalusië waar de Spaanse bezoekers in de meerderheid zijn, dan is het even wennen, bijvoorbeeld aan het geluidsniveau, maar ook de georganiseerde activiteiten (speciaal voor kinderen) ontbreken dan vaak.
En dan zijn er campings (b.v. ook weer in Spanje) die georganiseerd worden door buitenlanders (b.v. Nederlanders). Vorig jaar heb ik zo’n camping bezocht, maar dat is aan mij niet besteed. Als het vakantie is wil ik zo min mogelijk regels en zo veel mogelijk vrijheid...
Om het leven op de camping te begrijpen is het begrip RUIMTE essentieel.
Allereerst betekent ruimte het kaveltje dat je toegewezen krijgt voor je verblijf. Die ruimtes verschillen per camping en ook per land, maar ook hier geldt de economie van de schaarste, want een campingsbedrijf zal zo veel mogelijk kavels willen verhuren tegen een zo hoog mogelijke prijs.
De ruimte op een camping heeft een directe relatie met een ander belangrijk begrip: privacy. Mensen die op een camping verblijven hebben vaak geen specifieke eisen op het gebied van privacy. Maar toch is de ene campinggast meer gesteld op rust en sluit deze zich meer af van de campingbevolking dan de andere gast.
De eenvoudige manier om mensen te ontmoeten zou je een onderdeel van de campingcultuur kunnen noemen. Vooral voor kinderen is dit ideaal en vaak voor ouders een reden om een camping op te zoeken: de kinderen vinden snel hun eigen weg naar wat mogelijk een zomervriendje kan worden. Dit geldt geloof ik ook voor oudere kinderen...
Je zou de camping als een gewoon bedrijf kunnen opvatten. Op de camping waar wij dit keer verbleven ontbrak er bijvoorbeeld een systeem voor gescheiden afval. Dat valt dan direct op en daarmee discalifeert een camping zich m.i. op een gebied wat tegenwoordig nogal in de mode is: duurzaamheid. Wel kwam ik de energiezuinige douchekoppen tegen en tijdschakelaars die erg handig zijn als je ’s avonds staat te douchen. Vooral op een kleine camping (in ons geval 10.000 m2 en beheert door een familie) is dit lastig: wel aardig als oplossing voor de eigenaar, maar niet altijd klantvriendelijk, want als het licht uitgaat en de douchebeurt is nog niet ten einde ben je toch niet tevreden. Ook bij een camping gaat het om klanttevredenheid.
Zo vond ik het vreemd dat het bezoekersaantal sterk aan het teruglopen was, terwijl we nog het volle pond moesten betalen (hoogseizoen). Op zich prima, maar als dan dichtbijgelegen wasruimtes “alvast” gesloten worden, kan dat enkel betekenen dat het management wel op de kosten let, maar niet op de (toekomstige opbrengsten) want dat soort acties leidt tot ontevreden klanten. We waren niet de enige die klaagden.
Als je het campingbezoek als een project opvat, zou je bovenstaande ervaring kunnen terukoppelen aan het management. Niet elk management staat hiervoor open. Ook dat is onderdeel van de campingcultuur. Sommige kampbeheerders weten blijkbaar welke klanten toch niet terug zullen komen, maar realiseren zich niet dat nu de ervaringen op Internet gepubliseerd worden. Ik vertelde dat de betreffende camping sinds de publicatie in de campinggids van 2009 (een jaar geleden dus) ca. twintig procent duurder was geworden. De medewerkster keek me ongeloofwaardig aan. Helaas was de eigenaar er zelf niet en daarmee verging mijn motivatie om verder op het thema in te gaan. Ook wilde ik niet Te Nederlands overkomen, om enkel de fouten en kosten te evalueren.
De betreffende vrouw was een van de drie vrouwen die tot de campingorganisatie behoorden. Zij was Frans en als enige niet behorend tot “de familie,” zoals ze het zelf noemde. De andere vrouwen – zo hoorde ik eens vallen – roddelde over deze Française dat ze niet genoeg op hygiëne lette; blijkbaar maakte ze de bierglazen niet goed genoeg schoon want er bleef vaak lippenstift achter op de glazen. Ook dat hoort bij het campingbedrijf: het is net een organisatie en bij het rekruteringsbeleid moet de organisatie kiezen voor een buitenlandse medewerker die zijn talen spreekt en goed valt bij de buitenlandse gasten – maar waar onontkoombaar mee verbonden staat dat dit talent niet goed samenvalt met een andere competentie: zorgvuldigheid. Over productiviteit op de camping valt nog heel wat meer te vertellen.
Ook dit heeft te maken met ruimte, maar dan in de vorm van Tijd.
"Op vakantie" hebben we nu eenmaal meer tijd en dit uit zich in het eenvoudig leggen van contacten. Het aantal verhalen dat ik gehoord heb is enorm. Het begint met een eerste contact en dat verdiept zich dan al snel. Zo kwam ik iemand tegen die gezellig over zijn hobbies begon te vertellen en natuurlijk ook over zijn werk en het feit dat hij eerder “mocht stoppen.” We waren het er beide over eens dat een dergelijk fenomeen niet meer voor iedereen weggelegd zou worden. Het aardige van die individuele verhalen is dat er een hele wereld achter schuil ligt waar je gewoonlijk niets over hoort.
In het bedrijfsleven is weinig tijd en heeft men steeds minder aandacht voor persoonlijke gesprekken, en je zou al snel neigen om te stellen dat bedrijven nog wat kunnen leren van de campingcultuur: meer tijd voor persoonlijke relaties en aandacht. Maar dan moet men zich ook afvragen in hoeverre die verhalen en al die aandacht functioneel is en of meer aandacht op het persoonlijke vlak ook leidt tot een betere werksfeer?
Op het Internet las ik ergens dat de politiecultuur vergeleken kon worden met de campingcultuur: iedereen weet alles van elkaar... Die privé-kennis staat een zakelijke aanpak blijkbaar in de weg. Als je als collega’s de hele dag met elkaar optrekt dan is het misschien moeilijk om zakelijk en privé uit elkaar te houden en dat leidt wellicht tot onduidelijkheid.
En dan zijn er de subculturen binnen de campings in binnen en buitenland.
In Spanje ... (bijvoorbeeld) zijn de campings anders georganiseerd dan in Nederland. Hier is dezelfde campingcultuur ongetwijfeld debet aan, want in Spanje is die cultuur veel minder ontwikkeld dan in Nederland of in Frankrijk.
In Noord-Spanje merk je dat die cultuur overgenomen is door de kampeerders uit hetzelfde noorden. De campings aan de Costa Brava zijn Europees, waar de Noord-Europeanen elk hun eigen plek hebben. Als de Nederlandse kampeerder vervolgens doortrekt naar een camping in Andalusië waar de Spaanse bezoekers in de meerderheid zijn, dan is het even wennen, bijvoorbeeld aan het geluidsniveau, maar ook de georganiseerde activiteiten (speciaal voor kinderen) ontbreken dan vaak.
En dan zijn er campings (b.v. ook weer in Spanje) die georganiseerd worden door buitenlanders (b.v. Nederlanders). Vorig jaar heb ik zo’n camping bezocht, maar dat is aan mij niet besteed. Als het vakantie is wil ik zo min mogelijk regels en zo veel mogelijk vrijheid...
Reacties