Wie is Guido van Rossum? Ik luister naar een interview met hem:
Hij was de oudste van drie kinderen, een jongere broer kwam tien jaar later, zijn zus was drie jaar jonger. Zijn moeder was schoollerares die haar werk moest opgeven toen ze ging trouwen (zo ging dat) en zijn vader was een architect [later lijkt dat symbolisch]. "Waarden," sterk gevormd door de oorlog. Zijn moeder had genoeg van de oorlog en was een pacifist. Hij vertelt over zijn grootouders. Kort. Zijn ouders waren atheïsten zegt hij wat vragend.
Op zijn tiende, kreeg hij een elektronica-kit. Hij was een elektronica-hobbyist. Goed in ontwerpen (architectuur) van elektrische circuiten.
Nederlandse literatuur, luisterde naar muziek op de radio. Hij was goed op school, alles ging snel, zijn huiswerk maakte hij snel af. Had weinig vrienden, hij was nerdy. Weinig sociaal. favoriete onderwerpen, loved scienceteacher en math teacher. Ook taal. Was geen fan van geschiedenis. Scheikunde was saai, memorizeren van tabellen. Zijn skills waren meer om met tools alles af leiden.
Universiteit in 1974 in Amsterdam (UvA?). Lag logisch om wiskunde te studeren. Nederlandse literatuur heeft hij kort gedacht, maar blij dat hij dat niet deed. Zijn natuurkunde leraar was wat teleurgesteld toen hij wiskunde koos. IN eerste jaar merkte hij dat hij niet goed was in echte wiskunde. Hij kon het niet bijhouden. Group-theory, Graph-theory, hij realiseerde zich dat hij niet de skills had.. Maar toen leerde hij programmeren... In Pascal [dit herken ik van mijn tijd waar Pascal in de - nog - mode was]. "Dit is heel lang geleden." Er waren meer talen Algo60 leerde hij zelf. Vertelt over ponskaarten, en dat je een account / rekening had met een bepaalde tijdswaarde die je kon opmaken. Hij gaf zijn kaart en die werden verwerkt en kwam er een print uit... "Batch-jobs"
Op de universiteit was er een rivaliserende omgeving om te zien welke taal het beste was, een professor zei dat Fortan het beste was, hij koos voor Algo60 (later rectificeert hij dit over Algo60 en Pascal en wat eerder zijn voorkeur kreeg. Er waren details in Pascal die hij interessant vond en eenvoudiger over kwamen). Interviewer [Hanssen HSU] vraagt over Dijkstra...
vertelt over zijn leven in Amsterdam, zijn vader zegt op eenmoment dat hij wel op zichzelf kan wonen.
En dan over programmeren en over unix en ObjectOriented programming, "MINIX is known from a major spat between Tanenbaum and Linus Torvalds. The two were actually independent and very differently oriented descendants from UNIX"
Heb je mentoren gehad? Niets veel, "ik studeerde wat ik wilde." Een naam komt wel in hem op (Emde Boas). Programmeren was meer "fun" dan studeren...
Dan zjin eerste job. "Universiteitscomputerlab." dat meer een dienstenorganisatie (service-organisation, SARAS - Stichting Academisch Rekencentrum
Amsterdam, een wiskundecentrum die een Mainframe moest aanschaffen) was. Toegang moest geregeld worden.
Dan vertelt hij over die tijd bij zijn eerste baan (bij CWI - een organisatie die dan nog onbekend is bij het grotere publiek) en wat zijn functie was. Hij schreef kleine utility-tools. Daar ontwierp hij al een eigen computertaal om dat gemakkelijker te maken. [denken en doen als een informaticus dus: hoe kan dit eenvoudiger?]
Het was een passie, en er was een groep die ook die passie had omtrent programmeren en informatica [dat op dat moment een braakliggend terrein was...] en ook daar begint een hackers-beweging van mensen die het systeem laten crashen, en dat de accountancy-afdeling in opstand kwam tegen hen.
Vertelt over de academische cultuur, "the doctorandus" (iemand die doctor wil worden) en heeft weinig op met academisch leren.
Lambert Meersens gaf hem werk. Zij had beiden een politieke drive in de pacifistische partij (PSP - hij voelt zich geen communist, maar vindt een socialistische systeem beter dan ...) en hij vertelt over de computer industrie van die tijd die zich nog in de middeleeuwen bevinden.
Dan gaat het over een "prototype," (en over compilers, en later in het interview over "portability") en over het ontwerpen en denken over programmeren en programmeertalen en ABC. Zijn passie ligt bij editors (zoals vi, emacs). Waarom ligt daar jullie interesse, vraagt de interviewer. Dat heeft te maken met het ontwerp van Algo60 die uit een bepaalde tijd komt waar de taal een oplossing bood voor de problemen van die tijd. [Alles in informatica en computertalen is ontwikkeling]. Zij zoeken een taal die gebruikt kan worden en een doel en functie heeft voor onderzoekers en wetenschappers (in de academische wereld, dus).
... CWI was een van de eerste partijen (in NL) die verbonden werd met internet. ABC werd gecanceld en iedereen die daar gewerkt had "had to find a new home." Hijzelf was erg bedroefd dat het project gestopt werd... (—I guess it was better to ask forgiveness than to ask for permission, and there was no one to
ask permission anyway,) en in zijn vrije tijd begint hij te werken (een lexicon analyser in dec '89) aan een nieuwe taal, dat later uitgroeit tot
Python.
De naam komt van
Monty Python waar hij een fan van is (net als van: “The Hitchhiker’s Guide to the Galaxy”). Hij vertelt hoe hij helden graag als referentie zag zoals (Plaise) Pascal gebruikt werd voor de taal en zo stond Monty Python model voor een nieuwe culturele stroming...
Dan gaat het (echt) om de taal en de ontwikkeling ervan. Dat je met "C" alles kan doen, maar het is ook veel werk en omslachtig, dus hij zoekt een middenweg tussen gebruikersvriendelijkheid, "Compromise, superconvienence of shell-scripting and control..." Veel ging terug tussen de debatten die zij hielden over Algo en Fortran e.d.
Architectuur - lees je tussen de regels door in termen als "Elegantie," en een onbewuste mogelijk, referentie naar het werk van zijn vader. En de opkomst van architectuur in de ICT-wereld later... Dat komt ook later in termen als "I hated the look of..," of, The silly parentheses of Lisp,"...
Veel van de ontwerp-keuzes (ook die van indentation was zo typerend is voor Python, en de standaard bibliotheek?) hebben te maken met hoe hij over ABC en de achterliggende "filosofie," dacht. Spreadsheet-data... De Python-filosofie lijkt veel op ABC... De interviewer merkt op dat GvR een pragmatische (hier vooral: modulaire) filosofie heeft gehad bij Python.
Python is een intuïtieve taal waar als er iets in de code fout zit, het programma je er vanzelf attent op maakt, zo vertelt hij.
De rest van het interview heb ik nog niet gezien, maar verwacht dat het meer over Pyhton zelf gaat. Een interessante taal en ontwikkeld door deze ingenieur dus. Excuus, wiskundige (drs). Ook dat is weer bijzonder. Je zou verwachten dat Python in "Delft" zou zijn ontstaan...
... Ik heb het eerste deel beluisterd. Hij vertelt nog over CRNI, over de organisatie van Python, de moeder als instituut (), en het begin van workshops en dergelijke die informeer begonnen. Het organiseren was een kwestie van self-organizing, en dat kan het grote succes mede verklaren. Hij - Guido, was ook geen echte evangelist, zoals hij genoemd werd, maar werd steedds minder een prediker zoals hij zelf zegt (zonder prediker als term te gebruiken).
--
https://www.youtube.com/watch?v=Pzkdci2HDpU&list=WL&index=263
--
Zelf-gegenereerde-overvloed
Universiteit in 1974 in Amsterdam (UvA?). Lag logisch om wiskunde te studeren. Nederlandse literatuur heeft hij kort gedacht, maar blij dat hij dat niet deed. Zijn natuurkunde leraar was wat teleurgesteld toen hij wiskunde koos. IN eerste jaar merkte hij dat hij niet goed was in echte wiskunde. Hij kon het niet bijhouden. Group-theory, Graph-theory, hij realiseerde zich dat hij niet de skills had.. Maar toen leerde hij programmeren... In Pascal [dit herken ik van mijn tijd waar Pascal in de - nog - mode was]. "Dit is heel lang geleden." Er waren meer talen Algo60 leerde hij zelf. Vertelt over ponskaarten, en dat je een account / rekening had met een bepaalde tijdswaarde die je kon opmaken. Hij gaf zijn kaart en die werden verwerkt en kwam er een print uit... "Batch-jobs"
Reacties