De Upanishads

Van de Upanishads had ik tot voor kort niet eerder van gehoord. Door het lezen van een biografie van een filosoof kwam ik er voor het eerst bewust mee in contact. Maar ook toen heb ik me niet direct verdiept in het werk.

EEN.

... "Het is verbazingwekkend hoe lang het heeft geduurd voor er in Europa een vertaling van de Upanishads verscheen. Het contact tussen India en Europa is, buiten wat uitwisseling ten tijde van Alexander de Grote, pas rond 1500 op gang gekomen. De eerst beschikbare vertaling van de Upanishads, Oupnek’hat, is van 1801. Het is de Latijnse versie van een Perzische vertaling, Sirr-i-Akbar (‘Groot Geheim’), die stamt uit 1657.

Na lezing hiervan bestempelde de filosoof Arthur Schopenhauer de Upanishads als de mogelijk meest lonende geschriften ter wereld. ‘Ze waren mij een troost gedurende mijn leven en ze zullen mij tot troost zijn als ik sterf,’ zei deze man, wiens eigen filosofie zo weinig bemoedigend was.

Later in de negentiende eeuw verschijnen er meerdere vertalingen, onder andere van Paul Deussen, een leerling van Schopenhauer, en van Max Müller. De belangstelling voor het oriëntaalse gedachtegoed is binnen Europese filosofische kringen heel beperkt geweest. Soms was er verheerlijking, soms neerbuigende kritiek. In het begin van de Romantiek, rond 1800, adoreerden vooral sommige Duitse filosofen bijna alles wat uit India kwam. Vanuit hun hang naar onschuld en oorspronkelijkheid zagen zij in de Veda’s de bakermat van alle beschaving, ook die van het christendom.

Hegel daarentegen hekelde het ‘stilstaande’ karakter van de brahmaanse opvattingen en de totale ontkenning van individualisme en zelfbeschikking. De Indiase wijze leeft in het verleden, meende hij, en zijn overtuigingen zijn een hindernis voor de onstuitbare vooruitgang waarvan de wereld zwanger is." (https://spiritueleteksten.nl/oosterse-filosofie/wim-van-de-laar-over-de-upanishads-en-zijn-nieuwe-vertaling-van-18-upanishaden/)

TWEE.

"Wat zijn de upanishads? De upanishads zijn onderdeel van de veda’s. De veda’s worden verdeeld in 4 categorieën: samhitas (mantra’s), brahmanas (rituelen), aranyakas (meer meditatieve rituelen) en als laatste de upanishads.

Dit laatste gedeelte, ook wel het vedanta genoemd, is de conclusie van de vedas. De upanishads worden ook wel gezien als het kennisgedeelte (jnana-kanda) en BKS Iyengar omschrijft het als ‘het filosofische gedeelte’ van de veda’s.

De upanishads zijn teksten, in de vorm van dialogen, hymnen en verhalen over levensvragen, zelfkennis en zelfrealisatie. Ze gaan over het mysterie van het leven. Wie ben ik? Wat is werkelijkheid? Wat is vervulling? Niet de antwoorden hierop, maar de vragen zelf staan centraal.

Er wordt in de traditie meestal gesproken van 108 upanishads, maar inmiddels lijkt het er op dat het er wel 200 tot 300 zijn. Mogelijk waren er ooit nog veel meer, maar niemand weet exact hoeveel het er waren.

De teksten kunnen op meerdere manieren geïnterpreteerd worden. Dit is een van de redenen dat er meerdere stromingen zijn binnen de Hindu filosofie. Dit draagt deels ook bij aan de verschillende yoga stromingen. 

[De tien bekendste of belangrijkste komen vervolgens aan de orde] 

De 10 meest bekende upanishads. De upanishads zijn complexe teksten die niet makkelijk toegelicht kunnen worden in een paar regels. Je kan de teksten uiteraard zelf lezen in een boek, maar de teksten zijn zo vol met subtiele ‘mysteries’ dat je een docent nodig hebt om de teksten echt goed te kunnen begrijpen.

Toch heeft elke upanishad qua inhoud wel zijn eigen belangrijke kenmerken...

  • ... In deze upanishad wordt uitgelegd hoe alles in de wereld ishvara is, hoe alles God is, hoe alles een is. Het gaat over non-dualisme. Ook het belang van deugdzaam leven wordt hier uitgelegd.
  • ... Deze upanishad benoemt dat intellectuele kennis ondergeschikt is in het spirituele pad aangezien je alleen verlichting bereikt met zelfkennis.
  • ... het belang van leven in het huidige moment aan bod. Ook het concept, moksha, het vrijbreken van de cyclus van hergeboorte en dood, wordt hier besproken.
    • ‘what is here is also there; what is there, is also here. Who sees multiplicity but not the one indivisible Self must wander on and on from death to death.’
  • .. Hier wordt het belang van toewijding, devotion, besproken.
  • ... Hier wordt onderscheid gemaakt tussen ‘hogere kennis’, zelf-actualisatie, en ‘lagere kennis’, intellectuele kennis.
  • ... Hierin wordt de spirituele betekenis van OHM [een soort heilig geluid] benoemd en komt het belang van onthechting van afleiding aan bod.
  • ... gaat nog verder in op het thema eenheid en op rituelen.
  • Deze upanishad gaat over het plezier van leven volgens je dharma (je levenspad).
  • ...
  • Hierin wordt Atman, het hogere zelf, en de onsterfelijkheid van de ziel besproken." (https://www.happywithyoga.com/yoga/upanishads/)

DRIE Het mysterie van het zelf
"De Upanishads verhandelen over het groot mysterie dat alles wat bestaat doordringt. Het Absolute dat zich heeft gemanifesteerd in planten, dieren, mensen en het gehele universum. Iedere Upanishad behandeld de kernwaarheden over het aldoordringend Ene-Zijn dat transcendent en immanent in alles aanwezig is op een andere manier. In verhalen, hymnen en dialogen. Dat Ene wordt genoemd: het Absolute, Brahman, Werkelijkheid, Liefde, Kracht. Maar om Dat uit te drukken dat met het verstand niet gekend kan worden en met het intellect niet begrepen schieten woorden tekort volgens de Upanishads. Het Absoluut Bewustzijn blijft een mysterie voor degenen die het niet kennen. Maar voor de yogi die de steile weg naar Zelfrealisatie op wil gaan en het mysterie in zichzelf wil kennen bieden de Upanishads alle kennis en handvatten om dit ook te bereiken!" (https://yoga-international.nu/reportage/de-mystieke-upanishads-het-mysterie-van-het-zelf)

VIER. Een mooie recensie:  "De herkenning van wat je diep van binnen al weet"
"‘Kennis van voorbij de beperkingen van tijd en plaats.’ Zo beschrijft Mehdi Jiwa, auteur van Universele kennis van de Upanishads, de boodschap die in de Indiase filosofie verborgen zit...
...
‘Het is ... nadrukkelijk geen boek waarin staat hoe je naar de Upanishads ‘moet’ kijken of wat de juiste manier is om de Upanishads te bestuderen (… ) Het is samen voelen en ontdekken wat er mogelijk is, maar uiteindelijk moet je je eigen weg gaan en je eigen ontdekkingen en ervaringen opdoen,’ ...
Ter vergelijking wordt een voorbeeld gegeven van bladmuziek waar alleen maar noten op staan zonder verdere aanwijzingen. Het hangt dan af van het instrument en de interpretatie van de musicus hoe een muziekstuk uiteindelijk ten gehore wordt gebracht en klinkt. En zelfs dan, zou ik eraan willen toevoegen, hangt de uitvoering ook nog af van hoe een toehoorder ernaar luistert. In wezen hebben we het hier dus over kennis die alleen op te doen is op een voor elk mens persoonlijke en daarmee unieke manier.
Het is een feit dat de geboden kennis universeel is. Enerzijds gaat het om een dieper weten dat elk mens met de geboorte meegegeven wordt. Anderzijds is het basisprincipe waar het in de Upanishads om draait universeel in die zin dat elke cultuur (met daarin elk individu) op de één of andere manier via onder andere mondelinge overdracht, heilige geschriften, mythen en sagen gestalte geeft aan ditzelfde ‘diepere weten’. ... Overlevering vertelt dat de Upanishads in de wereld zijn gebracht uit goddelijke inspiratie. Met de komst van het schrift werden deze inspiraties vastgelegd en op die manier geven ze een ingang aan de universele kennis.
...
... elk mens in de aangeboden teksten een eigen herkenning zal vinden en eigen ontwikkeling zal doormaken. Dit behoeft persoonlijke inzet en invalshoeken, gebaseerd op eigen ervaringen. Het betreft geen nieuwe, snelle toepassing die men even gemakkelijk uitvoert. Het bestuderen van de universele kennis van de Upanishads is feitelijk een levenslang proces dat met de jaren en inzichten mee verandert. Dat gezegd hebbende is het boek wel een op deze tijd aangepaste mooie nieuwe opstap, die de universele kennis voor een bredere groep toegankelijk maakt. Zoals ik de intentie van de auteur heb gelezen, is het in zoverre een nieuwe benadering dat er op een educatieve hedendaagse ‘aardse’ manier over gesproken wordt, waardoor de informatie goed te vermengen is met eigen ervaringen." (Ingrid Schippers, https://academiegeesteswetenschappen.nl/boekrecensie-de-universele-kennis-van-de-upanishads/)

VIER. Een "almanak voorspelt regenval."

"Ik had het geluk dat ik een paar jaar geleden in de buurt woonde van een ideale brahmaanse geleerde, een professor wiskunde aan een universiteit. Samen vormden we een Hindu Parishad om Indiase inwoners te helpen zich te concentreren op Sanatana Dharma terwijl ze in het Westen woonden. Tijdens onze eerste ontmoeting spraken meerdere van ons. In zijn toespraak sprak Sri Dwivedi over de aard van ware dharma als een manier van leven en niet als een systeem van abstracte concepten. Daarentegen zijn de andere religies in de wereld allemaal "mensen van Het Boek". Hun hele identiteit is gericht op het volgen van een Boek en het belijden van de leringen ervan. Als gevolg daarvan, zo wees hij erop, kunnen ze allemaal 
"dialogen" met zelfs de marxisten, want ook zij zijn mensen van een Boek. Maar wat kunnen ze zeggen over echte dharma, die niet uit een boek kan worden gehaald? Kijk eens hoe uitgebreid de heilige geschriften van Sanatana Dharma zijn, maar we weten dat ze van beperkte waarde zijn als er eenmaal ware wijsheid is verkregen.

Het lezen van de Bhagavad Gita opende voor mij een wereld waarvan ik nooit had gedacht dat die kon bestaan. Wat een prachtige dingen heb ik daarin gevonden! Veel waren verbazingwekkend, niet in de laatste plaats de uitspraak: "Wanneer het hele land overstroomt, wordt het reservoir overbodig. Dus voor de verlichte ziener zijn de Veda's allemaal overbodig." Hier was een geschrift dat me vertelde dat ik er voorbij moest gaan en het zelf moest weten - en me de manier liet zien om dat te doen! Sri Ramakrishna gebruikte vaak de vergelijking van een brief. Als je het eenmaal hebt gelezen en weet wat erin staat, wat heb je er dan nog meer aan?

Het zelf kan niet worden gekend door studie van geschriften, want Krishna vertelt ons dat "hij die zelfs maar wil weten over yoga, de Vedische rituelen overstijgt." Boeken zijn niets meer dan papier en inkt. Obsessie met boeken is schadelijk en bewijst de waarheid van de uitspraak dat: "de letter doodt, maar de geest geeft leven." We moeten achter de woorden van zelfs verlichte meesters gaan staan ​​en de Bron van die woorden aanboren.

Sri Ramakrishna wees er vaak op dat almanakken regen voorspellen, maar je kunt er geen druppel van krijgen door ze te knijpen, hoe hard ook. Op dezelfde manier kan intensieve studie van geschriften geen druppel spiritueel leven geven, want geen enkel boek kan Dat onthullen wat voorbij alles ligt wat we denken of weten.

Niet door de subtiliteit van het intellect -- We kunnen onmogelijk de aard van iets achterhalen, laat staan ​​het Zelf, door louter intellect. Dit is niet de schuld van de geest, net zo min als het de schuld is van een blender dat je er geen televisieprogramma's door kunt krijgen. Er is absoluut geen vermogen dat het Zelf kan waarnemen of onthullen. Het Zelf alleen kent Zichzelf. Zolang we proberen het Zelf waar te nemen via een tussenpersoon, zullen we gefrustreerd raken - of erger nog, misleid worden. Er is geen instrument, hoe subtiel ook, geen vermogen van de geest, hoe verfijnd ook, dat het Zelf kan onthullen. Toch kan het gezuiverde intellect (buddhi) de aanwezigheid van het Zelf en zelfs enkele van zijn eigenschappen intuïtief aanvoelen, en dat is goed, maar dit is geen Zelfkennis. Veel intelligente mensen met een hoog ontwikkeld intellect verwarren deze intuïtie met directe ervaring en kennis. Dit is een subtiele val die we ijverig moeten vermijden. Hoe kunnen we weten of we in de val zijn gelopen in plaats van dat we in het Licht zijn opgestegen? Dat is eigenlijk gemakkelijk vast te stellen. Als we kunnen praten over wat we waarnemen en het kunnen definiëren, dan is het niet het Zelf, maar slechts onze benadering. Dat wat binnen het bereik van de spraak ligt, ligt buiten het Zelf. Hoe dicht we ook bij het Zelf kunnen komen, het is niet hetzelfde als het Zelf kennen. Want wanneer het Zelf wordt onthuld, houdt alle "weten" niet alleen op, het wordt onmogelijk.

Intelligentie moet niet worden verward met intellectualiteit. Intelligentie is een hulp bij de onthulling van het Zelf, maar intellectualiteit is een onoverkomelijke belemmering. Daarom zei Jezus tegen God: “U hebt deze dingen verborgen voor de wijzen en verstandigen, en hebt ze aan kleine kinderen geopenbaard.” Om dit levendig te demonstreren, “riep Jezus een klein kind bij zich, zette het in hun midden en zei: Voorwaar, Ik zeg u, tenzij u zich bekeert en wordt als kleine kinderen, zult u het koninkrijk der hemelen voorzeker niet binnengaan.” Denk eens na over hoe direct en ongecompliceerd de geest van een kind meestal is. Ook zijn ze in staat tot intens magisch/mystiek denken. Hoe onvoorwaardelijk accepteren ze het idee van het wonderbaarlijke, inclusief de kracht van het individu – inclusief zichzelf – om wonderen te verrichten. Hoe triest dat ze ooit op een verkeerde manier “beter” zijn gaan weten. Een vriendin van mij keek naar een televisieprogramma waarin een pianist in de lucht leek te zweven en zelfs steeds maar omdraaide. “Hoe denk je dat ze dat doen?” mijmerde ze hardop. Onmiddellijk zei haar vijfjarige: “Makkelijk! Er zit een goochelaar verborgen in de piano.” En dat is zo waar: er schuilt een magisch wezen in ieder van ons, het Zelf genaamd, dat alles kan en alles doet."

...

TIEN. "Analyse"

Wat mij opviel was dat liefde niet zo prominente plaats in neemt in deze geschriften. Ik zie duidelijk dat de essentie of het zwaartepunt van de tekst over twee ideeën gaat die je in het boeddhisme tegenkomt:  

  • gehechtheid (of onthechting) en (opgeven van) verlangen.

...


Reacties

Populaire posts van deze blog

Typisch Spaans: Balay

Het grootste bordeel van Europa

Economie - Teveel wiskunde, te weinig geschiedenis?