Vertalingen: twee versies van Don Quichot
Aanvankelijk dacht ik dat dit een nieuwe vertaling was, waarbij de vertaler wat klassieke vormen intact had gelaten (vooral het gebruik van dubbele klinkers die niet meer gebruikt worden), maar dit boek van de online bieb maakt gebruik van een oude vertaling:
Christiaan Lodewijk Schuller tot Peursum (1813 – 1860) was schrijver ... Schuller werd geboren als de zoon van een zee-officier... Zijn moeder woonde bij haar ouders en aldus had zijn grootvader grote invloed op Schuller. Al op jonge leeftijd interesseerde hij zich voor de literatuur en was een fervent lezer.
In 1825 verhuisde de familie naar Utrecht en ging Schuller naar de Latijnse school, waar hij tot de beste leerlingen behoorde. In 1831 ging hij rechten studeren aan de Utrechtse hogeschool en promoveerde in 1838. Hij werd vervolgens advocaat bij het Provinciaal Gerechtshof en bij het Hoog Militair Gerechtshof en wist in korte tijd een bloeiende praktijk op te bouwen.
Als geboren publicist gaf Schuller in 1839 samen met M. de Kock een paar maanden ‘De Themis’ uit, een rechtsgeleerd tijdschrift dat geen succes was. De in datzelfde jaar gepubliceerde humoristische ‘Utrechtse Brieven’ waren dat echter wel. Ook vertaalde hij veel. Schuller beheerste ten minste twaalf talen en was een expert op het gebied van de IJslandse en Zweedse letterkunde en een groot kenner van Cervantes, wiens ‘Don Quijote’ hij vertaalde. (bron: https://www.cityofliterature.nl/auteur/65-c-l-schuller-tot-peursum/)
Zelf ben ik wel fan van Quijote, en heb een Nederlandse vertaling van het boek, een van de laatste naar mijn weten van Barber van der Pol.
Niet geremd door enige kennis vroeg ik me af bij het lezen van deze versie wat daarvan nu precies de ideologische fundamenten van zijn, waarom kiest een vertaler voor het ene woord en niet voor het andere.
- Waarom gevange in plaats van het meer passende krijgsgevangene (cautivo)
- Waarom jonkheer of jonker i.p.v. edelman (hidalgo)
- Stand en levenswijze ipv aard en bezigheden
- onthutst ipv beduusd
- De kastelein ipv de waard
- Met dit voornemen ipv met dit in zijn hoofd
- riep met toornige stem ipv zei hij verbolgen
- ramp ipv rampspoed
- toen hij bespeurde ipv toen hij merkte
- Mahomet ipv mohammed
- Streng onderzoek ipv uitgebreidde onderzoek
- onze vernuftige jonker ipv Onze vernuftige ridder (h6,sl1 was edelman)
Of:
- krankzinnig ipv gek
- krankzinnigheid ipv waanzin
- gekheden ipv dwaasheden
- iet tevreden maar toch voldaan ipv niet helemaal gelukkig maar toch enigszins tevreden
-- dan typisch voor deze barooke schrijfstijl is relaties te bedenken tussen fenomenen, zoals:
iedereen is zoon zijner daden.
//
De vertaling
--
https://sevilla.abc.es/andalucia/cordoba/eternidad-quijote-vista-jose-luis-munoz-20230409090912-nts.html
TWEE. Uit de Taal van Gracian: Over Cervantes en Don Quichot.
In tegenstelling tot het werk en de persoon Baltasar GraciƔn is over het werk en leven van Cervantes veel geschreven in Nederland. Op zich is dat logisch.
El Criticon is duidelijk geĆÆnspireerd op Don Quichot, en Santos Alonso schrijft: don Quijote y Sancho son arquetipos psicolĆ³gicos; en cambio, Critilio y Andrenio son arquetipos morales de la persona humana (don quichot en Sancho zijn psychologische archetypen, terwijl Critilio en Andrenio morele archetypen zijn van de menselijke natuur).
Don Quichot in wikipedia:
Don Quichot is de hoofdpersoon in de door Cervantes geschreven roman De vernuftige edelman Don Quichot van La Mancha. Deze roman bestaat uit twee delen; het eerste werd gepubliceerd in 1605, het tweede in 1615.
Het boek is een van de eerste geschreven romans in een moderne Europese taal. Het vertelt de komische reisavonturen van een oude edelman die denkt dat hij een dolende ridder is. Deze hoofdpersoon, Don Quichot, is het stereotype van de idealist, een dwaze held die zich met zijn goede bedoelingen maar onpraktische daden min of meer belachelijk maakt.
Cervantes op wikipedia:
Miguel de Cervantes Saavedra (AlcalĆ” de Henares, 29 september 1547 – Madrid, 23 april 1616) is Ć©Ć©n van de belangrijkste roman- en toneelschrijvers uit de Spaanse literatuur. Hij schreef een twintigtal toneelwerken, maar is vooral bekend geworden door zijn boek Don Quichot van La Mancha (El ingenioso hidalgo Don Quixote de la Mancha).
Cervantes werd geboren in AlcalĆ” de Henares, een universiteitsstad dichtbij Madrid. Zijn vader, Rodrigo de Cervantes, was barbier-chirurg en combineerde de kappersstiel met het uitvoeren van kleine chirurgische ingrepen (heel gebruikelijk in die tijd). Cervantes behoorde dus tot wat we de middenklasse kunnen noemen. Over zijn vroege jeugd weten we weinig, Zijn familie lijkt nogal wat rondgereisd te hebben in Spanje en woonde onder meer in Sevilla, waar de jonge Miguel mogelijk de jezuĆÆetenschool volgde. In 1566 vestigde het gezin zich in Madrid. Hoewel ze verbleven nabij de universiteit, volgde Miguel de Cervantes nooit een universitaire opleiding. Het eerste spoor dat we van hem als schrijver vinden dateert uit 1569 en komt uit een literaire compilatie van de directeur van de humanistische academie in Madrid, LĆ³pez de Hoyos. Hierin prijst deze laatste Cervantes als 'onze jonge en dierbare leerling' en sluit ook enkele van Cervantes gedichten in die de jongen opdroeg aan de nagedachtenis van de pas overleden koningin, Elisabeth van Valois (1546-1568).
Hoewel hij katholiek was, maakte zijn deels joodse afkomst dat hij het niet makkelijk had in het Spanje van de strenge contrareformatie. In 1569 verliet hij Spanje en trok naar Italiƫ, in dienst van Giulio Acquaviva, die in 1570 kardinaal werd. In Italiƫ publiceerde Cervantes enkele elegieƫn. Als lid van het Spaanse leger vocht hij tegen de Ottomanen in de Slag bij Lepanto op 7 oktober 1571.[1] In deze gevechten verwondde hij zijn linkerhand die voorgoed verlamd bleef. Vanaf toen werd hij el manco de Lepanto (de ƩƩnarmige van Lepanto) genoemd, hoewel de arm niet geamputeerd was. Hij keerde niet naar Spanje terug, maar vertrok naar de Spaanse Nederlanden (waarschijnlijk was hij nog steeds soldaat). Toen hij naar Spanje wilde terugkeren ( in 1575 ) werd hij door piraten uit Algiers (in Algerije) gevangengenomen. Hij verbleef 5 jaar in gevangenschap en werd in 1580 vrijgelaten nadat zijn losgeld was betaald.
Terug in Spanje huwde hij met Catalina de Salazar y Palacios (1584) en publiceerde La Galatea in 1585. Korte tijd was hij actief als leverancier en belastingambtenaar.
In 1597 begon hij met het schrijven van zijn meesterwerk, Don Quichot, terwijl hij gevangen zat, wegens onbetaalde schulden, in Sevilla. In 1605 publiceerde hij het eerste deel: El Ingenioso Hidalgo Don Quixote de la Mancha, in hedendaagse spelling Quijote en in het Nederlands De vernuftige edelman Don Quichot(te) van La Mancha. Het tweede deel verscheen pas 10 jaar later, in 1615. In die tussentijd voltooide hij ook Novelas Ejemplares (De voorbeeldromans), een collectie van 12 korte verhalen. Nog in 1615 gaf hij Ocho Comedias y Ocho Entremeses Nuevos Nunca Representias uit, hoewel zijn beroemdste toneelstuk, La Numancia, onveranderd bleef tot in de 18e eeuw.
De roman Don Quichot was weliswaar succesvol, maar Cervantes verloor de daardoor verworven inkomsten weer waardoor hij in 1616 in armoede stierf in Madrid. Na zijn dood werd zijn roman Los Trabajos de Persiles y Sigismunda uitgegeven. Dit minder bekende verhaal wordt door kenners unaniem veel beter beoordeeld dan 'Don Quichot'.
Bibliografie (selectie)La Galatea (1585) Don Quichot van La Mancha (1605) De hoofdpersoon in Don Quichot is een oude maar idealistische dwaas die, geholpen door zijn knecht Sancho Panza, ten strijde trekt tegen allerlei (vermeend) onrecht.Persilas en Sigismunda (1616)
Cervantes nuCervantes' belangrijkste werk is Don Quichot. Het boek was al bij de uitgave een bestseller, omdat het de eerste roman was die zich durfde af te zetten tegen het klassieke epos. Het boek was voor het eerst in het Nederlands vertaald door Lambertus van den Bos in 1657 onder de titel "Den verstandigen vroomen ridder, Don Quichot de la Mancha". Met 12 gravures gestoken door Salomon Savry, was dit de eerste geĆÆllustreerde uitgave van het boek in de wereldliteratuur. Het boek werd razend populair en genoot 7 maal een herdruk, en er werd 2 maal een lofdicht gemaakt ter ere van de vertaling.
Zijn invloed op het Spaans en het Frans is zo groot dat de Spaanse taal door beide als la lengua / la langue de Cervantes wordt beschouwd.
---
Postzegelverzamelaar Toon Oomens schrijft:
Miguel de Cervantes Saavedra groeide op als zoon van een verarmde landadellijke familie in AlcalĆ”. Hij liep school bij de JezuĆÆeten en zette al in zijn jeugd zijn eerste stappen in de poĆ«zie. Een gerechtelijke veroordeling, waarvan de inhoud en de reden onduidelijk zijn, dwong hem naar ItaliĆ« te vluchten toen hij pas tweeĆ«ntwintig jaar was. In 1569 kreeg hij in Rome een plaats als kamerdienaar, maar die gaf hij een jaar later weer op om als vrijwilliger bij het leger van zijn vaderland aan te sluiten in de strijd tegen de Turken. In de zeeslag bij Lepanto in 1571 verloor hij de macht over zijn linkerhand. Hoewel zijn hand niet werd geamputeerd, bleef hij in Spanje bekend als ‘el Manco de Lepanto’ (= de Ć©Ć©nhandige van Lepanto).
Daaruit blijkt dat Cervantes net als GraciĆ”n ook met JezuĆÆeten in contact is gekomen.
Alwin van Ee, studeerde Spaanse Letterkunde en schreef een essay over de vertaling van Don Quichot van vertaler Barber van de Pol... Wie zo'n meesterwerk vertaalt moet zelf over evenveel moed als Don Quichot beschikken, want een leger critici staat klaar om het zwaard te heffen.
Op verboden boeken:
Ook in religiosis kunnen we Cervantes niet meer zien zoals Heine hem zag, die de auteur van Quijote een gehoorzaam zoon der kerk noemde, die nimmer bewust tegen de leer inging ... Ook in dit opzicht is Cervantes een typisch vertegenwoordiger van de tijd der Contra-Reformatie, een 'habil hipocrita', wiens meningen men wanneer er sprake is van de officiƫle godsdienst en moraal slechts met het nodige voorbehoud kan aanvaarden ... Welnu, het christendom van Cervantes, die veel meer waarde hechtte aan liefde tot de naaste dan aan uiterlijke ceremoniƫn, doet meer denken aan Erasmus dan aan het Concilie van Trente. Maar erasmiaanse denkbeelden konden in Spanje zeker niet in de volkstaal vrijelijk worden verkondigd, want de godsdienst was staatszaak. Vandaar dat de auteur van Quijote zijn toevlucht moet nemen tot 'hipocresia', die hierin bestaat dat hij in zijn kritiek handig bedekt wat schadelijk zou kunnen zijn voor de gevestigde instellingen. C.F.A. van Dam, J.W.F. Werumeus Buning, inleiding vertaling Don Quichot, 1941
Reacties