De Jonge Marx, is een film van Raoul Peck... kiest de Haïtiaanse filmmaker .... bewust de kant van de onderdrukten. Hij versterkt het collectieve geheugen en dit terwijl we de 100ste verjaardag van de Russische Revolutie vieren. Op 3 oktober trokken we met enkele LSP-leden naar de avant-première in Luik waar Raoul Peck toelichting gaf bij de film. (nl.marxisme.be).
Het verhaal begint in Keulen, problemen met de "Zeitung," waar de jonge Marx werkt en waar de politie een inval doet. De film begint waar Marx al als journalist pittige teksten schrijft, in aansluiting op het begin van de film over zgn. "houtdiefstal."
Dan bij het bedrijf, Elmer en Engels, in Manchester zien we een beetje hoe de industrialisatie van die tijd eruit zag. De weeffabrieken en de moeilijk omstandigheden.
In Frankrijk, op een klein plein houdt Proudhon, de filosoof [zie misere van de filosofie en de filosofie van de misere] een monoloog en Karl reageert vanuit het publiek.
De ontmoeting met Engels, die dus procurator is van het bedrijf van zijn vader, is symbolisch en staat centraal in het verhaal. Engels "kent zowel de bovenklasse als de volk," naar eigen zeggen en is daardoor zo waardevol.
Marx Verslaat Engels met het schaken. Een niet onbelangrijk detail, lijkt me. Wetende dat Engels Marx' boeken afschrijft.
Marx heeft geen geld al is hij net als Engels afkomstig uit een rijke familie. Hij trekt op met Proudhon, maar de relatie is niet altijd vruchtbaar, de Franse filosoof - natuurlijk te weinig revolutionair en actie-gericht. Marx is niet geïnteresseerd in zijn abstracte filosofie, maar enkel als kenner van de miserie. Daar wil Marx meer van weten.
Dan volgen de de presentaties: arbeid is handel. En dat zal altijd zo blijven, maar Marx reposteert met: Nee. Niet altijd zal dit zo blijven...
De koning van Frankrijk zet hem het land uit. Marx komt dan in Brussel (1845). Bijeenkomst met groepering en ontwikkeling van de opstand tegen de Bourgeois. Marx is materialist. En dat terwijl Frederich Engels hem geld blijft sturen. In London (1846) is er een andere bijeenkomst van "All men are brothers." Ze formuleren een opstand tegen mensen die niet weten wat armoede is.
Ene Nailor, een ondernemer, laat de jonge Marx binnen op zijn landgoed, omdat deze laatste onderzoek doet als journalist naar kinderarbeid in de fabrieken. "Als wij ze niet aannemen," zegt de ondernemer, "doet iemand anders het wel. Anders prijzen we ons zelf uit de markt..."
Proudhon keert zich meer en meer tegen Marx' activisme: "wees niet zoals Luther. Die vernietigt de ene religie, en creeert een nieuwe die even intolerant is." Of met deze: "kritiek vernietigt alles wat om zich heen is, en als er niks overblijft vernietigt het zichzelf."
Marx formuleert antwoord op Proudhon's filosofie van de miserie met zijn "miseria van de filosofie."*
In Weitling vindt hij een medestrijder. En het motto komt van George Sand: "Strijd of dood." [uit de historische roman Jean Ziska van Sand] De vrijheid heet: het communisme. "Vanaf nu heten we de liga van communisten." In Oostende. Terug in Brussel moet hij een artikel schrijven voor New York Tribune. Engels: we hebben een boekje nodig waar alles instaat. in 1848 begint de revolutie. Het communistisch manifest is dan net uit...
Inderdaad een bijzonder film. Wat mij als tijdelijk onderzoeker naar het portret van de econoom opvalt is dat er dus eerst een manifest komt - in de biografie van Marx - en vervolgens 3000 pagina's Das Kapital. Eerst actie, dan de theorie.
De gevestigde media, traditionele politici en grote bedrijven doen er alles aan om de rampzalige gevolgen van het kapitalisme te verbergen. Ze proberen het bestaan van strijd tussen twee klassen met tegengestelde belangen te verdoezelen. Maar het is moeilijk om de feiten volledig te negeren: acht miljardairs zijn even rijk als de armste helft van de wereldbevolking. In die context is ‘De jonge Karl Marx’ een uitstekende bevestiging van de actualiteit van het marxisme. De film vormt bovendien een oproep tot engagement tegen het kapitalistisch systeem waarvan de dagelijkse gevolgen duidelijk maken dat de klassenstrijd geen stoffig gegeven uit het verleden is, maar een realiteit van elke dag. (nl.marxisme.be)
--
* -
De armoede van de filosofie is een geschrift van de Duitse filosoof en econoom Karl Marx uit 1847, dat hij produceerde in zijn polemiek tegen de utopische socialisten en met name Pierre-Joseph Proudhon en de door hem verwoorde opvattingen in zijn geschrift "La philosophie de la misère**" (vert. De filosofie van de armoede). Het is een belangrijk geschrift voor de ontstaansgeschiedenis van het marxistisch communisme en over de verklaringen voor de maatschappelijke ongelijkheid, een onderwerp dat in de tweede helft van de 18e eeuw reeds door onder meer Jean-Jacques Rousseau was aangesneden. Het werd in 1847 in Parijs en Brussel uitgegeven en tijdens Marx' leven niet meer herdrukt. (bron: wikipedia,
https://nl.wikipedia.org/wiki/De_armoede_van_de_filosofie)
** - dit is op de nederlandse wikipedia niet te vinden...
Reacties