Rationele rituelen
The wisdom of the crowds is een verhaal van een journalist die schrijft over een economisch thema, dat van de kennis die de menigte heeft of opdoet bij (en) o.a. het coördineren van handelingen. Een voorbeeld daarvan is het wandelen op het trottoir of het rijden aan een bepaalde kant van de weg. Op het trottoir probeer je als mens botsingen te voorkomen en het rechts rijden (of links) gebeurt puur door een logica van het doen wat anderen doen. Zo ontstaat er dus een soort wijsheid. Een spookrijder is letterlijk de weg kwijt en heeft een probleem met het coördinatie-probleem.
Rational Rituals, Culture, Coordination, And Common Knowledge. is een boek dat op dit thema aansluit, al met twee grote verschillen: als eerste kwam het boek al in 2001 uit, en als tweede gaat het voornamelijk om rituelen in de cultuur en niet zozeer om impliciete cultuurprocessen zoals het (in de pas) lopen in een groep / menigte. Tevens zou je hier aan toe kunnen voegen dat de schrijver een speltheoreticus is.
De stelling van de auteur Michael Suk-Young Chwe is dat rituelen common knowledge genereren, en die algemene kennis zorgt voor succesvolle coördinatie. Rituelen zijn dus niet meer zomaar iets irrationeels. Bij gewone communicatie tussen (twee) mensen is het bericht voldoende dat men elkaar stuurt, over een te bereiken doel: "zullen we dit doen?" Maar bij drie of meer personen die een gebeurtenis of doel willen bereiken is het al moeilijker om een gezamenlijke participatie te bewerkstelligen wanneer je eigen commitment afhangt of de rest ook gaat.
Je wilt dus als potentiele deelnemer weten of de ander kennis heeft van de gebeurtenis, en weten dat deze ook weet dat de anderen weten dat ze dit weten. En zo gaat het dus om "algemene kennis."
Succesvolle communicatie gaat daarom niet alleen om het feit of het bericht bij jouw aankomt, maar ook of het bij anderen aankomt en dat zij dit van elkaar weten.
Coördinatieproblemen zijn anders dan het gewone probleem van een prisoner-dilemma dat om freeriders gedrag gaat en om motivatieveranderingen afhankelijk van de acties van andere. Maar bij coördinatieproblemen zit de essentie in de participatie van zo veel mogelijk mensen die ervoor zorgt de motivatie van anderen ook toeneemt om te participeren. Zoals bij een muziekfestival.
Michael Suk geeft politicologie en in dat veld zijn vele toepassingen. Namelijk de manier (communicatie - via adverteren) waarop campagnes worden opgesteld. Het telefonisch contacteren van stemmers is lang niet zo effectief als een televisiecampagne of een advertentie in de SuperBowl, waar in het laatste geval iedereen ziet dat anderen dezelfde boodschap ontvangen.
Ander voorbeeld: de BCC of CC bij het e-mailen van berichten. De CC genereert een situatie van common knowledge. Of het uit de kast komen, is een andere voorbeeld. Wanneer iemand dit een voor een vertelt aan een vriend of kennis dan weet op het eind iedereen de inhoud van de boodschap, maar niemand weet of anderen dit ook weten.
De toepassing van dit model gaat verder door te kijken hoe rituelen werken en hoe macht tot stand komt. Volgens de auteur gaat het hierbij ook om een coördinatieprobleem. Bij macht gaat het niet om het dirigeren van de individuele wil maar door het bereiken van een common will in de communicatie. Wanneer iemand ziet dat iemand anders zich onderschikt aan een autoriteit dan doet de ander dat ook. Toepassingen zijn onder andere bij revoluties waar men aan de hand van het revolutionaire proces symbolen verzint die gebruikt en geaccepteerd worden door de menigte. Ook dit is ook een vorm van algemene kennis die ervoor zorgt dat de revolutie succes oogst omdat mensen zie dat iederee meedoet.
Revolutionaries also established new units of weight and measure (the metric system) and invented a new calendar, with new holidays and the seven-day week replaced by a tenday “decade.” That most of the world today drives on the right is also due to the French Revolution: the previous custom in western Europe was to drive on the left, but because ordinary people walked on the right to face the oncoming traffic, that direction was considered more democratic (Young 1996).
Het ultieme voorbeeld van common knowledge is het Panopticum van Jeremy Bentham (de uitvinder van de rational choice theory) dat gebruikt werd als gevangenismodel. Ook hier helpt de algemene kennis dat in de centrale toren van de gevangenis de wachters iedere gevangen kunnen observeren, terwijl de gevangenen elkaar niet kunnen zien en dus geen algemene kennis kunnen genereren, hetgeen zorgt voor stabiliteit. Het is een fenomeen dat uitvoerig is beschreven door Michel Foucault (Crime & Punishment) en waarbij zijn argument is dat het panopticum een asymmetrisch machtsinstrument is, waar het alleen om de controle te doen was zonder zich bewust te zijn van het fenomeen common knowledge, maar ook niet van het neven effect, namelijk dat de gevangenen ook deelnemers zijn aan een ritueel van de kerkdienst, die centraal gehouden werd, zonder dat dit kon leiden tot opstand omdat de gevangen elkaar niet kunnen zien. Het is precies die kerkkoepel (Chapel) die afwezig is in de analyse van Foucault. Het panopticum is dus niet enkel een surveuillance unit maar ook een theaterfunctie.
One of Foucault’s historical reasons for why mechanisms of power abandoned spectacle in favor of
surveillance is the instability of spectacle: public executions, for example, could switch suddenly from rituals of state order to riots against it. But the panopticon has a similar instability, immediately turning into a stadium were it not for smoked glass and window blinds.
In hoofdstuk drie gaat de auteur in op de vraag of algemene kennis niet een utopie is, Is het bereikbaar voor iedereen en geloofwaardig dat mensen in meerdere lagen kunnen denken omtrent wat anderen denken? Technologie speelt een belangrijke rol. Het voorbeeld van de toepassning van videoconferencing laat zien dat dit niet eenvoudig is, omdat in een face-to-face-meeting mensen elkaar kunnen zien en aan het oogcontact communicatie kunnen afleiden, wat bij videoconferencing niet mogelijk is.
Sommige problemen van common knowledge kunnen overwonnen worden door het gebruik van focuspunten. Zo zullen mensen wanneer ze ergens op een tijd afspreken een monument uitkiezen dat algemeen bekend is. In New York kan je dan denken aan het Empire State building. Echter hier blijkt dat de lokale context van de communicatie belangrijk is. Onbekenden met de stad zullen dus het Empire State kiezen maar inwoners van de stad zullen eerder het Grand Central Station kiezen.
Ook groepsidentiteit kan verklaard worden met algemene kennis. Verschillende natieven binnen een bevolking kunnen van elkaar verwachten dat ze dezelfde taal spreken en dus eerder elkaar begrijpen waardoor het logisch is dat ze zich bij elkaar aansluiten. Het voorbeeld om groepscohesie te bereiken is dat van Nelson Mandela die zowel zwart als blank als dezelfde supporters maakt van het nationale rugbyteam. De gezamenlijke kennis is gelinked aan de gedeelde taal: rugby.
Maar klopt deze theorie en / of is deze te bewijzen of is het intuïtief een aardig concept? Het probleem van het boek is dat er geen bewijs is. Een deel van de theorie over hoe verschillende vormen van adverteren met algemene kennis werken is wel getoetst (bij gebruik van de SuperBowl) maar voor de meeste andere voorbeelden is dat niet het geval. Desondanks is de theorievorming op zichzelf al interessant (ook al gaat het niet altijd om rituelen). En dit was nog maar geschreven in 2001. We zijn inmiddels al weer bijna twintig jaar verder.
...
--
2018/08/de-wijsheid-zit-in-de-menigte
Rational Rituals, Culture, Coordination, And Common Knowledge. is een boek dat op dit thema aansluit, al met twee grote verschillen: als eerste kwam het boek al in 2001 uit, en als tweede gaat het voornamelijk om rituelen in de cultuur en niet zozeer om impliciete cultuurprocessen zoals het (in de pas) lopen in een groep / menigte. Tevens zou je hier aan toe kunnen voegen dat de schrijver een speltheoreticus is.
De stelling van de auteur Michael Suk-Young Chwe is dat rituelen common knowledge genereren, en die algemene kennis zorgt voor succesvolle coördinatie. Rituelen zijn dus niet meer zomaar iets irrationeels. Bij gewone communicatie tussen (twee) mensen is het bericht voldoende dat men elkaar stuurt, over een te bereiken doel: "zullen we dit doen?" Maar bij drie of meer personen die een gebeurtenis of doel willen bereiken is het al moeilijker om een gezamenlijke participatie te bewerkstelligen wanneer je eigen commitment afhangt of de rest ook gaat.
Je wilt dus als potentiele deelnemer weten of de ander kennis heeft van de gebeurtenis, en weten dat deze ook weet dat de anderen weten dat ze dit weten. En zo gaat het dus om "algemene kennis."
Succesvolle communicatie gaat daarom niet alleen om het feit of het bericht bij jouw aankomt, maar ook of het bij anderen aankomt en dat zij dit van elkaar weten.
Coördinatieproblemen zijn anders dan het gewone probleem van een prisoner-dilemma dat om freeriders gedrag gaat en om motivatieveranderingen afhankelijk van de acties van andere. Maar bij coördinatieproblemen zit de essentie in de participatie van zo veel mogelijk mensen die ervoor zorgt de motivatie van anderen ook toeneemt om te participeren. Zoals bij een muziekfestival.
Michael Suk geeft politicologie en in dat veld zijn vele toepassingen. Namelijk de manier (communicatie - via adverteren) waarop campagnes worden opgesteld. Het telefonisch contacteren van stemmers is lang niet zo effectief als een televisiecampagne of een advertentie in de SuperBowl, waar in het laatste geval iedereen ziet dat anderen dezelfde boodschap ontvangen.
Ander voorbeeld: de BCC of CC bij het e-mailen van berichten. De CC genereert een situatie van common knowledge. Of het uit de kast komen, is een andere voorbeeld. Wanneer iemand dit een voor een vertelt aan een vriend of kennis dan weet op het eind iedereen de inhoud van de boodschap, maar niemand weet of anderen dit ook weten.
De toepassing van dit model gaat verder door te kijken hoe rituelen werken en hoe macht tot stand komt. Volgens de auteur gaat het hierbij ook om een coördinatieprobleem. Bij macht gaat het niet om het dirigeren van de individuele wil maar door het bereiken van een common will in de communicatie. Wanneer iemand ziet dat iemand anders zich onderschikt aan een autoriteit dan doet de ander dat ook. Toepassingen zijn onder andere bij revoluties waar men aan de hand van het revolutionaire proces symbolen verzint die gebruikt en geaccepteerd worden door de menigte. Ook dit is ook een vorm van algemene kennis die ervoor zorgt dat de revolutie succes oogst omdat mensen zie dat iederee meedoet.
Revolutionaries also established new units of weight and measure (the metric system) and invented a new calendar, with new holidays and the seven-day week replaced by a tenday “decade.” That most of the world today drives on the right is also due to the French Revolution: the previous custom in western Europe was to drive on the left, but because ordinary people walked on the right to face the oncoming traffic, that direction was considered more democratic (Young 1996).
Het ultieme voorbeeld van common knowledge is het Panopticum van Jeremy Bentham (de uitvinder van de rational choice theory) dat gebruikt werd als gevangenismodel. Ook hier helpt de algemene kennis dat in de centrale toren van de gevangenis de wachters iedere gevangen kunnen observeren, terwijl de gevangenen elkaar niet kunnen zien en dus geen algemene kennis kunnen genereren, hetgeen zorgt voor stabiliteit. Het is een fenomeen dat uitvoerig is beschreven door Michel Foucault (Crime & Punishment) en waarbij zijn argument is dat het panopticum een asymmetrisch machtsinstrument is, waar het alleen om de controle te doen was zonder zich bewust te zijn van het fenomeen common knowledge, maar ook niet van het neven effect, namelijk dat de gevangenen ook deelnemers zijn aan een ritueel van de kerkdienst, die centraal gehouden werd, zonder dat dit kon leiden tot opstand omdat de gevangen elkaar niet kunnen zien. Het is precies die kerkkoepel (Chapel) die afwezig is in de analyse van Foucault. Het panopticum is dus niet enkel een surveuillance unit maar ook een theaterfunctie.
One of Foucault’s historical reasons for why mechanisms of power abandoned spectacle in favor of
surveillance is the instability of spectacle: public executions, for example, could switch suddenly from rituals of state order to riots against it. But the panopticon has a similar instability, immediately turning into a stadium were it not for smoked glass and window blinds.
In hoofdstuk drie gaat de auteur in op de vraag of algemene kennis niet een utopie is, Is het bereikbaar voor iedereen en geloofwaardig dat mensen in meerdere lagen kunnen denken omtrent wat anderen denken? Technologie speelt een belangrijke rol. Het voorbeeld van de toepassning van videoconferencing laat zien dat dit niet eenvoudig is, omdat in een face-to-face-meeting mensen elkaar kunnen zien en aan het oogcontact communicatie kunnen afleiden, wat bij videoconferencing niet mogelijk is.
Sommige problemen van common knowledge kunnen overwonnen worden door het gebruik van focuspunten. Zo zullen mensen wanneer ze ergens op een tijd afspreken een monument uitkiezen dat algemeen bekend is. In New York kan je dan denken aan het Empire State building. Echter hier blijkt dat de lokale context van de communicatie belangrijk is. Onbekenden met de stad zullen dus het Empire State kiezen maar inwoners van de stad zullen eerder het Grand Central Station kiezen.
Ook groepsidentiteit kan verklaard worden met algemene kennis. Verschillende natieven binnen een bevolking kunnen van elkaar verwachten dat ze dezelfde taal spreken en dus eerder elkaar begrijpen waardoor het logisch is dat ze zich bij elkaar aansluiten. Het voorbeeld om groepscohesie te bereiken is dat van Nelson Mandela die zowel zwart als blank als dezelfde supporters maakt van het nationale rugbyteam. De gezamenlijke kennis is gelinked aan de gedeelde taal: rugby.
Maar klopt deze theorie en / of is deze te bewijzen of is het intuïtief een aardig concept? Het probleem van het boek is dat er geen bewijs is. Een deel van de theorie over hoe verschillende vormen van adverteren met algemene kennis werken is wel getoetst (bij gebruik van de SuperBowl) maar voor de meeste andere voorbeelden is dat niet het geval. Desondanks is de theorievorming op zichzelf al interessant (ook al gaat het niet altijd om rituelen). En dit was nog maar geschreven in 2001. We zijn inmiddels al weer bijna twintig jaar verder.
...
--
2018/08/de-wijsheid-zit-in-de-menigte
Reacties