De leugens die ons binden
De leugens die ons binden (The lies that bind, rethinking identity. Creed, country, color, class, culture), een nieuwe kijk op identiteit is een boek van filosoof, en ... Kwame Anthony Appiah. Hij is Ghanees, Engelsman, en precies daarover gaat het boek, dat identiteit complexer is dan een cultuurlabel. Appiah stelt dat we ons iet moeten reduceren tot een enkel hokje, we zijn meer dan man, vrouw, zwart, wit, hetero of lesbisch en dat hokjes denken zorgt voor polarisatie.
Je kan dit boek op twee manieren lezen, dacht ik toen ik aan het eind van het boek aangekomen was. Allereerst zoals de auteur het bedoeld heeft:
Een boek vol familieverhalen, "omdat die verhalen ons begrip vormen van wie wij zijn."
Identiteit politiek is gericht op het verdedigen of aanvallen van een specifieke groep, waarvan Appiah meent dat die groep niet bestaat en de politiek niet werkt.
Hij richt zich op vijf categorieën van identiteit: geloofsovertuiging, land, kleur, klasse en cultuur. Gender, wat hij 'de oudste vorm van menselijke identiteit' noemt, is een soort prototype voor alle andere vormen die volgen. Maar het moderne concept van identiteit is vrij jong, vanaf de 19e eeuw en werd steeds sterker in de decennia na de Tweede Wereldoorlog. Hoe we nu naar identiteit kijken, wordt nog steeds beïnvloed door de verouderde en in veel gevallen ontmaskerde ideeën uit het Victoriaanse tijdperk. Die ideeën polariseren.
Geloof levert al geen coherente groepen op. De Islam is overal ter wereld anders, en dat zien we ook met de christelijke versplinteringen in het westen, bv in de VS. Land is al niet veel beter als label. Hij schrijf over veel voorbeelden, waar Singapore er uitsteekt, als klein gebied, met verschillende etnische groepen waar de Chinese en Maleisische de twee protagonisten zijn. Naties zijn een uitvinding, en meestal door de westerse kolonialen machthebbers ontworpen. India dat niet specifiek wordt beschreven is een ander voorbeeld van hetrogeniteit.
De filosoof is tegen Essentialisme van identiteiten: er is geen innerlijke essentie. En de existentialisten hadden gelijk: bestaan gaat vooraf aan essentie ... Hij stelt dat veel van wat we vandaag beleven nog ontworpen is met gedachtes uit de vorige eeuw omtrent systemen, die achterhaald zijn door biologische feiten. Het DNA van elke inwoner van een land bevat kenmerken van diverse achtergronden.
Een mooi voorbeeld, is de Duitse schrijver die zijn naam (en imago) verandert in Italo Svevo, en zijn boek De Bekentenissen van Zeno wordt een succes wanneer een andere schrijver hem ontdekt: James Joyce die dan ook in Trier verblijft. Een mooi verhaal.
Maar hier kan je de tweede lezing gaan toepassen. Want identiteiten zijn misschien complex, de labels blijven hardnekkig en bestaan, met als doel groepsvorming. Mensen zijn misschien meer dan hun identiteit als onderdeel van een groep, of meerdere groepen, maar we hebben die groepen ook nodig om ons iemand te voelen.
In die zin is het boek en vooral de leugen in de titel wel opmerkelijk ambivalent...
--- voor het eerst is er sprake van identiteit in de ontwikkelingspsychologie na WOII door het werk van Eric Erikson, childhood and society. ---
--
Niet tegengekomen in het boek is de schrijver, Coetzee. Die past mooi in dit verhaal: Zuid Afrikaan, tweetalig opgevoed, Afrikaans en Engels, maar een ander Engels, wonen in Australië (nu) en docent in de VS lange tijd...
Reacties