Jan De Nul - Jaarverslag over 2008
I – De business
Evolutie van de baggermarkt.
De baggermarkt groeide de laatste jaren aan een indrukwekkend tempo. Deze groei werd vooral gedreven door landwinning- en energiegerelateerde projecten in het Midden-Oosten. De vraag naar baggercapaciteit lag hoger dan het aanbod wat de rentabiliteit van de baggerbedrijven opdreef. Daardoor werden de laatste jaren in de baggersector massale investeringsprogramma’s aangekondigd. Deze toegenomen capaciteit in combinatie met de economische crisis zullen ervoor zorgen dat de huidige marges de volgende jaren onder druk komen te staan. Dit was reeds in 2008 duidelijk zichtbaar.
De baggermarkt.
De baggermarkt kan worden opgedeeld in een open en gesloten markt. De volledig ‘open’ markten geven de internationale maatschappijen vrije toegang tot het aanbestedingsproces. De volledig ‘gesloten’ markten daarentegen leggen buitenlandse ondernemingen beperkingen op of sluiten ze volledig uit. Voorbeeld hiervan is de baggermarkt van Japan en de VS. In deze laatste bepaalt de Jones Act dat alleen Amerikaanse schepen, gebouwd in de VS, in eigendom van Amerikanen en geregistreerd onder Amerikaanse vlag volgens de Amerikaanse wet, vracht mogen vervoeren tussen Amerikaanse havens. Baggeractiviteiten vallen onder deze wet. Tussenin bestaat nog een derde categorie van markten die zich beperkt openstellen voor de internationale markt (de voorbeelden zijn hier India en China).
Jan De Nul Group gelooft dat de langetermijndrijfveren van de baggermarkt intact blijven, zoals:
- Toenemend residentieel toerisme (en dus een toename van infrastructurele voorzieningen)
- Stijgende energievraag (bv de aanleg van windmolenparken)
- Groei wereldhandel (en o.a. dus een groei van havens)
- Klimaatveranderingen (oa. dijkverhogingen)
- Bevolkingsaangroei en verstedelijking (Landwinningprojecten kunnen een oplossing bieden aan de toenemende bevolkingsdruk.)
… aan deze lijst zou nog toegevoegd kunnen worden, lezende het verslag, de milieumaatregelen (saneringen, e.d.) maar dit kan aan beide kanten werken, positief alsook negatief bijvoorbeeld door het te moeten maken van meer kosten (b.v. de “dubbelwandige brandstoftanks”).
Veranderingen in de business (“Van nul af beginnen”).
De vraag naar totaalpakketten met Design&Build neemt de laatste jaren exponentieel toe. In plaats van een betonplan te voorzien, schuiven klanten de verantwoordelijkheid voor het volledige ontwerp nu liever af naar de aannemer. (invulling organisatie door: het studiebureau).
II – De organisatie
Het verslag opent met de woorden:
“2008 was een turbulent jaar. Na de kredietcrisis volgde razendsnel een economische crisis met een directe impact op onze activiteiten in de onroerende sector, op de export van ertsen, en olie en gas, vooral in het Midden-Oosten.
Het directe gevolg was het uitstellen van een aantal Projecten tot de betrokken klanten een nieuw evenwicht vinden in de kosten-batenanalyses.”
Vervolgens worden concrete maatregelen genoemd:
… het verschuiven van materieel en personeel van het ene continent naar het andere,
… diverse baggerschepen weggetrokken uit het Midden-Oosten om ingezet te worden in Zuidoost-Azië en Zuid-Amerika.
… Van de organisatie van enkele grote logistieke centra wordt overgeschakeld naar een grotere spreiding van kleinere logistieke centra.
De impact is duidelijk:
… Meerdere kleine projecten voor eenzelfde omzet betekent meer organisatie, meer rompslomp, meer opvolging en ook meer verrassingen. De marges staan duidelijk onder druk en het wordt moeilijker om een meerjarenplanning en dito portefeuille op te bouwen.
“In crisistijd wordt gewoon harder geknokt voor omzet, projecten en werk – zo moet en zal ons motto zijn voor 2009.”
De eerste indruk van het verslag: dit is een partij die enthousiast werkt en zich niet snel uit het veld laat slaan.
Dat enthousiasme zou te maken kunnen hebben met de oorsprong van het bedrijf:
“Een familiebedrijf dat uitgroeit tot een wereldspeler in continue expansie, het is blijkbaar een succesverhaal dat mensen aanspreekt.”
Deze opmerking staat in het verslag ter commentaar van de vermelding van het winnen van de Randstad Award voor de meest aantrekkelijke werkgever. (in het verslag staat abusievelijk werknemer). Dit komt dan vooral door de werkzekerheid. “Herstructurering en afslanking komen niet in ons woordenboek voor.” Het bedrijf is qua aantal medewerkers gegroeid van ca. 1000 in ’97 naar ca. 5000 in 2008. (De bedrijven GlaxoSmithKline, PricewaterhouseCoopers en Janssen Pharmaceutica eindigden respectievelijk op de tweede, derde en vierde plaats, lees ik op het internet). Deze prijs is echter in 2009 uitgereikt en zou niet in het 2008 verslag thuishoren. Misschien is men wat over-enthousiast.
Bij het onderdeel opleiding wordt de inzet van simulatoren genoemd om medewerkers de nieuwe machines eigen te maken.
“De omzet in 2008 steeg tot € 1,88 miljard (€ 1,83 miljard in 2007). Tegenover de licht gestegen baggercapaciteit door de oplevering van de megabackhoe ‘Mimar Sinan’ en de kleine cutterzuiger ‘Petrus Plancius’, staat het verlies aan omzet door de brandschade aan boord van de ‘Vasco da Gama’. Deze 33.000 m³ sleephopperzuiger was gedurende zes maanden in reparatie ten gevolge van een zware brand in de machinekamer.”
Duidelijke taal, komt eerlijk over, en is duidelijk ook gericht op kenners van de business en van het bedrijf JDN.
Maar dan de winst. De omzet heeft de organisatie op peil weten te houden, maar de winst zakte sterk in elkaar. Hier is het verslag minder duidelijk; het verlies zit o.a. in een provisie op een derivatenportefeuille. Dat klinkt naar speculatie (op de balans: voorzieningen voor risico’s en kosten 160 miljoen (2007: 76).
Investeringen - diversivicatie
Nadat in 2007 een recordbedrag aan investeringen werd
bekendgemaakt, werd het investeringsprogramma in
2008 nog verder opgedreven. Jan De Nul Group streeft
zo naar een verdere diversificatie van haar vloot.
De waarde van de vloot komt daarmee uit op 2,5 miljard euro. De waardeverdeling is opgebouwd uit twee categorieen; de Hopper (ca.80%) en de Cutter)
Op het internet (wikipedia) valt te lezen dat Jan DeNul de grootste Baggermachines heeft (cutter suction dredgers “Deme's D'Artagnan” met een vermogen van 28,200 kW) (Die informatie is natuurlijk door een trotse werknemer van de organisatie toegevoegd)
De orderportefeuille beslaat ca. 3,5 miljard euro waaronder een project voor Dubai van 700 miljoen dat opgeschort is, netto is de portefeuille 2,8 miljard.
Bezettingsgraad.
In 2008 steeg de bezettingsgraad tot 97,9% (96% in 2007). Bij de berekening wordt ook rekening gehouden met de CIRIA waarde van het schip, dat is volgens hetzelfde verslag: “een gestandaardiseerde methode om de vervangingswaarde van een baggerschip uit te drukken.”
Investeringen - vertrouwen in de toekomst:
… zijn er acht sleephopperzuigers in aanbouw … het totale nieuwbouwprogramma verhoogt de hoppercapaciteit tot 309.000 m³, een verdubbeling van de capaciteit eind 2008 (154.000 m³).
Maar bij investeringen gaat het niet enkel om de capaciteituitbreiding:
- Het oudste baggerschip van Jan De Nul Group dateert intussen al van 1965, maar voor de vlootuitbreiding van de komende jaren worden bepaalde aspecten steeds belangrijker. Vooral brandstofverbruik, uitstoot en milieuimpact zijn uitdagingen voor de toekomst. Ook de klanten vinden dat erg belangrijk…
III - Bedrijfsarchitectuur
Wat opvalt bij dit bedrijfsverslag is het ontbreken van informatie over een strategie. Daarmee wordt het moeilijk een inschatting te maken in hoeverre de organisatie veranderingen door zal (moeten) gaan. Op dit moment is duidelijk dat het bedrijf Jan De Nul jaar achter jaar gegroeid is.
Essentieel voor het begrip van deze bedrijfsarchitectuur is het feit dat het een familiebedrijf betreft en (dus) niet beursgenoteerd is.
Evolutie van de baggermarkt.
De baggermarkt groeide de laatste jaren aan een indrukwekkend tempo. Deze groei werd vooral gedreven door landwinning- en energiegerelateerde projecten in het Midden-Oosten. De vraag naar baggercapaciteit lag hoger dan het aanbod wat de rentabiliteit van de baggerbedrijven opdreef. Daardoor werden de laatste jaren in de baggersector massale investeringsprogramma’s aangekondigd. Deze toegenomen capaciteit in combinatie met de economische crisis zullen ervoor zorgen dat de huidige marges de volgende jaren onder druk komen te staan. Dit was reeds in 2008 duidelijk zichtbaar.
De baggermarkt.
De baggermarkt kan worden opgedeeld in een open en gesloten markt. De volledig ‘open’ markten geven de internationale maatschappijen vrije toegang tot het aanbestedingsproces. De volledig ‘gesloten’ markten daarentegen leggen buitenlandse ondernemingen beperkingen op of sluiten ze volledig uit. Voorbeeld hiervan is de baggermarkt van Japan en de VS. In deze laatste bepaalt de Jones Act dat alleen Amerikaanse schepen, gebouwd in de VS, in eigendom van Amerikanen en geregistreerd onder Amerikaanse vlag volgens de Amerikaanse wet, vracht mogen vervoeren tussen Amerikaanse havens. Baggeractiviteiten vallen onder deze wet. Tussenin bestaat nog een derde categorie van markten die zich beperkt openstellen voor de internationale markt (de voorbeelden zijn hier India en China).
Jan De Nul Group gelooft dat de langetermijndrijfveren van de baggermarkt intact blijven, zoals:
- Toenemend residentieel toerisme (en dus een toename van infrastructurele voorzieningen)
- Stijgende energievraag (bv de aanleg van windmolenparken)
- Groei wereldhandel (en o.a. dus een groei van havens)
- Klimaatveranderingen (oa. dijkverhogingen)
- Bevolkingsaangroei en verstedelijking (Landwinningprojecten kunnen een oplossing bieden aan de toenemende bevolkingsdruk.)
… aan deze lijst zou nog toegevoegd kunnen worden, lezende het verslag, de milieumaatregelen (saneringen, e.d.) maar dit kan aan beide kanten werken, positief alsook negatief bijvoorbeeld door het te moeten maken van meer kosten (b.v. de “dubbelwandige brandstoftanks”).
Veranderingen in de business (“Van nul af beginnen”).
De vraag naar totaalpakketten met Design&Build neemt de laatste jaren exponentieel toe. In plaats van een betonplan te voorzien, schuiven klanten de verantwoordelijkheid voor het volledige ontwerp nu liever af naar de aannemer. (invulling organisatie door: het studiebureau).
II – De organisatie
Het verslag opent met de woorden:
“2008 was een turbulent jaar. Na de kredietcrisis volgde razendsnel een economische crisis met een directe impact op onze activiteiten in de onroerende sector, op de export van ertsen, en olie en gas, vooral in het Midden-Oosten.
Het directe gevolg was het uitstellen van een aantal Projecten tot de betrokken klanten een nieuw evenwicht vinden in de kosten-batenanalyses.”
Vervolgens worden concrete maatregelen genoemd:
… het verschuiven van materieel en personeel van het ene continent naar het andere,
… diverse baggerschepen weggetrokken uit het Midden-Oosten om ingezet te worden in Zuidoost-Azië en Zuid-Amerika.
… Van de organisatie van enkele grote logistieke centra wordt overgeschakeld naar een grotere spreiding van kleinere logistieke centra.
De impact is duidelijk:
… Meerdere kleine projecten voor eenzelfde omzet betekent meer organisatie, meer rompslomp, meer opvolging en ook meer verrassingen. De marges staan duidelijk onder druk en het wordt moeilijker om een meerjarenplanning en dito portefeuille op te bouwen.
“In crisistijd wordt gewoon harder geknokt voor omzet, projecten en werk – zo moet en zal ons motto zijn voor 2009.”
De eerste indruk van het verslag: dit is een partij die enthousiast werkt en zich niet snel uit het veld laat slaan.
Dat enthousiasme zou te maken kunnen hebben met de oorsprong van het bedrijf:
“Een familiebedrijf dat uitgroeit tot een wereldspeler in continue expansie, het is blijkbaar een succesverhaal dat mensen aanspreekt.”
Deze opmerking staat in het verslag ter commentaar van de vermelding van het winnen van de Randstad Award voor de meest aantrekkelijke werkgever. (in het verslag staat abusievelijk werknemer). Dit komt dan vooral door de werkzekerheid. “Herstructurering en afslanking komen niet in ons woordenboek voor.” Het bedrijf is qua aantal medewerkers gegroeid van ca. 1000 in ’97 naar ca. 5000 in 2008. (De bedrijven GlaxoSmithKline, PricewaterhouseCoopers en Janssen Pharmaceutica eindigden respectievelijk op de tweede, derde en vierde plaats, lees ik op het internet). Deze prijs is echter in 2009 uitgereikt en zou niet in het 2008 verslag thuishoren. Misschien is men wat over-enthousiast.
Bij het onderdeel opleiding wordt de inzet van simulatoren genoemd om medewerkers de nieuwe machines eigen te maken.
“De omzet in 2008 steeg tot € 1,88 miljard (€ 1,83 miljard in 2007). Tegenover de licht gestegen baggercapaciteit door de oplevering van de megabackhoe ‘Mimar Sinan’ en de kleine cutterzuiger ‘Petrus Plancius’, staat het verlies aan omzet door de brandschade aan boord van de ‘Vasco da Gama’. Deze 33.000 m³ sleephopperzuiger was gedurende zes maanden in reparatie ten gevolge van een zware brand in de machinekamer.”
Duidelijke taal, komt eerlijk over, en is duidelijk ook gericht op kenners van de business en van het bedrijf JDN.
Maar dan de winst. De omzet heeft de organisatie op peil weten te houden, maar de winst zakte sterk in elkaar. Hier is het verslag minder duidelijk; het verlies zit o.a. in een provisie op een derivatenportefeuille. Dat klinkt naar speculatie (op de balans: voorzieningen voor risico’s en kosten 160 miljoen (2007: 76).
Investeringen - diversivicatie
Nadat in 2007 een recordbedrag aan investeringen werd
bekendgemaakt, werd het investeringsprogramma in
2008 nog verder opgedreven. Jan De Nul Group streeft
zo naar een verdere diversificatie van haar vloot.
De waarde van de vloot komt daarmee uit op 2,5 miljard euro. De waardeverdeling is opgebouwd uit twee categorieen; de Hopper (ca.80%) en de Cutter)
Op het internet (wikipedia) valt te lezen dat Jan DeNul de grootste Baggermachines heeft (cutter suction dredgers “Deme's D'Artagnan” met een vermogen van 28,200 kW) (Die informatie is natuurlijk door een trotse werknemer van de organisatie toegevoegd)
De orderportefeuille beslaat ca. 3,5 miljard euro waaronder een project voor Dubai van 700 miljoen dat opgeschort is, netto is de portefeuille 2,8 miljard.
Bezettingsgraad.
In 2008 steeg de bezettingsgraad tot 97,9% (96% in 2007). Bij de berekening wordt ook rekening gehouden met de CIRIA waarde van het schip, dat is volgens hetzelfde verslag: “een gestandaardiseerde methode om de vervangingswaarde van een baggerschip uit te drukken.”
Investeringen - vertrouwen in de toekomst:
… zijn er acht sleephopperzuigers in aanbouw … het totale nieuwbouwprogramma verhoogt de hoppercapaciteit tot 309.000 m³, een verdubbeling van de capaciteit eind 2008 (154.000 m³).
Maar bij investeringen gaat het niet enkel om de capaciteituitbreiding:
- Het oudste baggerschip van Jan De Nul Group dateert intussen al van 1965, maar voor de vlootuitbreiding van de komende jaren worden bepaalde aspecten steeds belangrijker. Vooral brandstofverbruik, uitstoot en milieuimpact zijn uitdagingen voor de toekomst. Ook de klanten vinden dat erg belangrijk…
III - Bedrijfsarchitectuur
Wat opvalt bij dit bedrijfsverslag is het ontbreken van informatie over een strategie. Daarmee wordt het moeilijk een inschatting te maken in hoeverre de organisatie veranderingen door zal (moeten) gaan. Op dit moment is duidelijk dat het bedrijf Jan De Nul jaar achter jaar gegroeid is.
Essentieel voor het begrip van deze bedrijfsarchitectuur is het feit dat het een familiebedrijf betreft en (dus) niet beursgenoteerd is.
Reacties