Hoe productief is de generalist?
Ik lees Het lot van een generalist van Natascha Hannema: ... Maar langzaam leer ik dat het zijn van een generalist ook zijn voordelen heeft. Ik ben oneindig enthousiast, voel me overal thuis. Ik herken situaties snel en kan er doelgericht mee omgaan. Ik zorg voor verbinding binnen organisaties, ik kan een techneut met een commerciƫle accountmanager laten praten. Ik kan directie en management verbinden met de werkvloer, zodat zij gezamenlijk de organisatie doelen bereiken. Maar vervolgens blijven om te beheren, dat kan ik dan weer niet.
Er is al heel veel geschreven over de verschillen tussen specialisten en generalisten en het blijft een interessant onderwerp. Mijn stelling: bedrijven hebben geen generalisten nodig wanneer de specialisten weten wat ze moeten doen, maar in de praktijk zijn er professionals die zich bezighouden met de grote lijn en het overbruggen van vakgebieden. Binnen de ICT komt de generalist vaker voor.
Het is maar de vraag wat een manager precies is: generalist of specialist?
Op wikipedia meent iemand dat: "De meeste generalisten hebben in de praktijk vooral kennis op sociaal, cultureel, economisch en juridisch vlak maar weten zelden ook veel op beta- of technisch gebied." Dat klopt m.i. niet. Een architect is duidelijk een voorbeeld van een minder gespecialiseerde ingenieur; een professional die met iedereen binnen een organisatie moet kunnen overleggen over een ontwerp, maar toch ook de technische details moet beheersen.
Qua kernwaarden verschilt het werk van de specialist en de generalist; de eerste wordt veel meer beoordeeld op zorgvuldigheid, de laatste eerder op abstracte criteria zoals creativiteit.
Een generalist wil van alles op de hoogte zijn, kan over veel onderwerpen meepraten, maar moet het soms laten afweten als het eropaan komt. Stel maar voor; een generalist op sportgebied, die in veel sporten thuis is, maar nergens echt de beste in is. Op het moment dat hij moet winnen zegt deze: "het is maar een sport." Zo speelt hij (m/v) een potje schaak en doet lekker mee, zonder ooit uit te blinken. Dat moet je liggen.
Meer of minder doelgericht.
Qua productiviteit betekent dit dat de generalist eerder niet dan wel operationele verantwoordelijkheid draagt, en zich vaker in het domein ondersteunende diensten begeeft. Dat heeft alles met doelgerichtheid te maken; hoe breder het aandachtsgebied, hoe moeilijker het is om gerichte doelen te definiƫren laat staan te bereiken.
Een voorbeeld uit de ICT wereld is het onderscheid tussen Projectmanager en Programmamanager; de eerste is verantwoordelijk voor een enkel project, de tweede - met voorbeelden in de universitaire wereld - is verantwoordelijk voor een inhoudelijk programma waarin meerdere projecten van deel uitmaken, maar dat minder concreet is qua resultaat.
Een laatste productiviteitsvalkuil heeft te maken met het motto: "mind-your-own-business" of "bemoeit u zich met uw eigen zaken" dat is eenvoudiger voor de specialist dan voor de generalist. De eerste heeft een duidelijke focus, maar de valkuil van de generalist is dat deze zich met alles en iedereen bemoeit, hetgeen ten koste kan gaan van zijn geloofwaardigheid.
Cultuur is duidelijk een voorbeeld van een domein voor "generalisten," met dezelfde valkuil: voor je het weet bemoei je je als "cultuurexpert" met de business of met de organisatie, die als eigen verantwoordelijken hebben (de business manager of de HR- or organisatiespecialist). De generalist moet dus extra goed laten zien waar zijn toegevoegde waarde ligt.
Ook al zit ik zelf dichter tegen de generalist aan, gebruik ik de term liever niet; hij straalt namelijk geen productieve rol uit. De vraag wat de generlist nu precies doet is moeilijk helder te maken. Binnen organisaties is het belangrijk om duidelijke rollen te definiƫren, zoals architect, coach, whistleblower, criticus, diplomaat, ambassadeur, etc.
Er is al heel veel geschreven over de verschillen tussen specialisten en generalisten en het blijft een interessant onderwerp. Mijn stelling: bedrijven hebben geen generalisten nodig wanneer de specialisten weten wat ze moeten doen, maar in de praktijk zijn er professionals die zich bezighouden met de grote lijn en het overbruggen van vakgebieden. Binnen de ICT komt de generalist vaker voor.
Het is maar de vraag wat een manager precies is: generalist of specialist?
Op wikipedia meent iemand dat: "De meeste generalisten hebben in de praktijk vooral kennis op sociaal, cultureel, economisch en juridisch vlak maar weten zelden ook veel op beta- of technisch gebied." Dat klopt m.i. niet. Een architect is duidelijk een voorbeeld van een minder gespecialiseerde ingenieur; een professional die met iedereen binnen een organisatie moet kunnen overleggen over een ontwerp, maar toch ook de technische details moet beheersen.
Qua kernwaarden verschilt het werk van de specialist en de generalist; de eerste wordt veel meer beoordeeld op zorgvuldigheid, de laatste eerder op abstracte criteria zoals creativiteit.
Een generalist wil van alles op de hoogte zijn, kan over veel onderwerpen meepraten, maar moet het soms laten afweten als het eropaan komt. Stel maar voor; een generalist op sportgebied, die in veel sporten thuis is, maar nergens echt de beste in is. Op het moment dat hij moet winnen zegt deze: "het is maar een sport." Zo speelt hij (m/v) een potje schaak en doet lekker mee, zonder ooit uit te blinken. Dat moet je liggen.
Meer of minder doelgericht.
Qua productiviteit betekent dit dat de generalist eerder niet dan wel operationele verantwoordelijkheid draagt, en zich vaker in het domein ondersteunende diensten begeeft. Dat heeft alles met doelgerichtheid te maken; hoe breder het aandachtsgebied, hoe moeilijker het is om gerichte doelen te definiƫren laat staan te bereiken.
Een voorbeeld uit de ICT wereld is het onderscheid tussen Projectmanager en Programmamanager; de eerste is verantwoordelijk voor een enkel project, de tweede - met voorbeelden in de universitaire wereld - is verantwoordelijk voor een inhoudelijk programma waarin meerdere projecten van deel uitmaken, maar dat minder concreet is qua resultaat.
Een laatste productiviteitsvalkuil heeft te maken met het motto: "mind-your-own-business" of "bemoeit u zich met uw eigen zaken" dat is eenvoudiger voor de specialist dan voor de generalist. De eerste heeft een duidelijke focus, maar de valkuil van de generalist is dat deze zich met alles en iedereen bemoeit, hetgeen ten koste kan gaan van zijn geloofwaardigheid.
Cultuur is duidelijk een voorbeeld van een domein voor "generalisten," met dezelfde valkuil: voor je het weet bemoei je je als "cultuurexpert" met de business of met de organisatie, die als eigen verantwoordelijken hebben (de business manager of de HR- or organisatiespecialist). De generalist moet dus extra goed laten zien waar zijn toegevoegde waarde ligt.
Ook al zit ik zelf dichter tegen de generalist aan, gebruik ik de term liever niet; hij straalt namelijk geen productieve rol uit. De vraag wat de generlist nu precies doet is moeilijk helder te maken. Binnen organisaties is het belangrijk om duidelijke rollen te definiƫren, zoals architect, coach, whistleblower, criticus, diplomaat, ambassadeur, etc.
-- update feb 2023: Brede of specialistische opleiding?
Kan je van te voren al weten of je generalist wil worden. Lange tijd is op de middelbare school, het vak management en organisatie geinstrueerd. Dat was een voorbeeld van een breed vak, maar zelf had ik altijd het idee dat je beter eerst de diepte in kunt gaan. Dan leer je ook meer concepten die je later als generalist kan gebruiken.
Iets meer dan de helft van de scholieren kiest voor een brede opleiding
56% van de havisten zegt te kiezen voor een brede opleiding, zie Figuur 1. Van de vwo’ers ligt het percentage iets hoger, namelijk 62%. Scholieren lichten toe dat ze met een brede opleiding eigenlijk nog alle kanten op kunnen. Veel van hen zijn op dit moment nog te onzeker over hun carriĆØrekeuze om voor een specialistische opleiding te gaan. (bron: https://www.qompas.nl/actueel/kiezen-studiekiezers-voor-een-brede-of-specialistische-studie/3229/)
Reacties