Typeringen van organisatiecultuur (2)

De typering van organisatieculturen kan nog een stap verder uitgewerkt worden, door naast in het eerste uitleg niet enkel te concentreren op productiviteit, maar ook op organisatiestijl.

Diegene die mijn gedachtegoed omtrent stijl en productiviteit kennen - vooral diegenen die de persoonlijke vragenlijst (assessment) kennen - weten dat bepaalde productieve rollen beter combineren met bepaalde stijlen.

De archetypische combinaties van deze beiden zijn hier verder uitgewerkt; in lijn met de eerdere organisatietyperingen, krijg je dan de volgende organisatiecultuurtyperingen:

• Innovative production: innovatie (stijl) en productie (productiviteit) gaan hier logischerwijs perfect samen. Het idee om dingen te produceren brengt met zich mee om het steeds op een meer innovatieve manier te doen. Innovatief staat hier tegenover conservatief. Bij deze laatste voorkeur zal de persoon of organisatie zaken willen verbeteren, zoals we vaak zien op een kwaliteitscontrole-afdeling. Operationele afdelingen zijn vaak allergisch voor stafafdelingen die zich richten op kwaliteit omdat het het proces vertraagt. Maar ook omdat productie-gerichte-werknemers meer oog hebben om zaken "anders" te doen. Vaak hoeft dat niet beter te zijn, het kan een creatieve ingeving zijn of door af te kijken hoe anderen in een hele andere omgeving een dergelijk probleem hebben opgelost.
• Dat innovatie en creativiteit hier samengaat met productie, design en doen betekent niet dat andere afdelingen of professionals niet creatief kunnen zijn. Maar bijvoorbeeld in realatiecontact (salescultuur) is innovatie meestal geen prioriteit omdat effectiviteit en niet efficiency voorop staat.
• ...
• Conservative trading: Elke bemiddeling is het beste af met een conservatieve organisatiehouding. Dat komt omdat bij bemiddeling het contract centraal staat en dat contract heeft betrekking op zaken die NU spelen.
• Een voorbeeld van een bemiddelende rol is: Human resources. Een cultuurprobleem dat op deze afdeling speelt is dat deze te weinig betrokken zijn bij de business (dit is bijv. de operationele afdeling die een productiecultuur vertegenwoordigt). Wanneer het bedrijf groei dan is de rol van HR dat ze medewerkers aanneemt, maar waar het eindoordeel en beslissing bij de operatie ligt. Echter wanneer et bedrijf kampt met krimp dan krijgt HR opeens wel een leidende rol, omdat ze moet zorgen om overtollige medewerkers opnieuw te sources (vaak buiten het bedrijf). In beide gevallen loopt HR achter de feiten aan. (even extreem gesteld)
• ...
• Collaborative support: Ondersteuning is de meeste ondergewaardeerde productieve rol binnen organisaties. Zonder de finishing-touch wordt geen enkel product afgerond en stopt elk bedrijfsproces. Waar komt die onderwaardering vandaan? Bijvoorbeeld door de fase in het bedrijfsproces (aan het eind) en door de archetypische waarheid dat een idee of plan (productie- commerciële cultuur) meer emotie oproept dan dat het afmaken van het project met zich mee draagt.
• Er is een project afgerond, en precies op de einddatum is de oplevering. Volgens plan dus. Echter om dit mogelijk te maken is er veel geschrapt in de kwaliteitscontrole. De introductie van het project wordt gevierd, maar bij de oplevering blijkt dat er veel problemen zijn; die komen bij de afdeling support terecht. De andere (drie) afdelingen hebben dan echter al met de eer gestreken.
• Bij een ander project is de oplevering ook volgens plan gegaan, echter de troep die de projectleden hebben veroorzaakt moet nog worden opgeruimd. Een vervelende rol, voor ... support. 
• Collaboratief komt vaak niet van twee kanten. Dat is ook typisch een cultuurprobleem. Men zegt wel "we hebben een teamgeest, en we werken samen," maar de productieve waarheid is dat support-taken ondergewaardeerd worden.
• Men spreekt hier vaak van roeping. Zoals bij verplegers: Het is vaak "ondankbaar" werk, behalve voor mensen die weten dat zonder dit werk geen organisatie overeind blijft. EN... het kan heel voldoening geven, niet in de laatste plaats omdat supporters met klanten (MENSEN) te maken hebben.  
• Een klant komt met een klacht; de beste (productieve-stijl-combinatie) oplossing is dan om de klant tegemoet te komen (collaboratief) ipv te proberen deze te verkopen dat deze zelf iets fout gedaan heeft (competitive sales).
• Competitive sales: Commerciële processen zijn meestal competitief georganiseerd, in tegenstelling tot de voorgaande cultuurtypering. Innovatie is hier geen functioneel stijlkenmerk, en collaboratief is niet authentiek, omdat de klant altijd doorheeft dat men iets wil verkopen. Wees daar dus maar eerlijk over.
• Een commerciële organisatiecultuur is competitief in de zin dat professionals zien wat er op de markt (marketing) gebeurt en door deze markt-ontwikkelingen beïnvloed worden. Of op kleinere schaal ziet de ene professional wat de ander doet of heeft en wil dit ook. Dit - emuleren - is een van de meeste elementaire mechanismes waardoor organisaties zich ontwikkelen.
• ...