Lekker praktisch
In de zwartwitwereld staat de praktijk tegenover de theorie.
als trefwoord met bijbehorende synoniemen: praktisch (bn):bruikbaar, dienstig, doelmatig, functioneel, handig, makkelijk, nuttig
praktisch (bn):efficiënt, verstandig, vindingrijk
praktisch (bn):feitelijk, zakelijk
praktisch (bn):handigpraktisch (bw):bijna, feitelijk, haast, hoegenaamd, nagenoeg, vrijwel, zo goed als, zowat, zogezegd
praktisch (bw):nuchter, prozaïsch
praktisch (bw):toegepast (bron)
Bij deze laatste zou de tegenstelling kunnen zijn: fundamenteel. Als academicus leer je fundamenteel te denken. Veel academici redden het dan ook niet als ondernemer omdat ze de swing van theorie naar praktijk niet aankunnen. Een onderzoeker is iemand die productief gezien tegenover de ondernemer staat; als onderzoeker kan je steeds weer dieper zoeken, maar de ondernemer wil het onderzoek afkappen, en rendement, resultaat of performance behalen.
In het economisch en of juridische verkeer staat practisch voor de weg van de minste weerstand. "Het is praktischer om het zo te doen," maar dat gaat niet zonder risico. Meestal is - juridisch gesproken - die oplossing illegaal. Alleen, "iedereen doet het." Dat is geen probleem totdat de weg van de massa een probleem wordt. Denk aan de uitkeringen die bedoeld zijn voor gebruik in Nederland naar het buitenland verdwijnen. In theorie kan of mag dat niet.
Of dat een illegaal nu denkt, er is zo'n grote illegale-stroom, daar voeg ik me bij. Lekker praktisch.
In het bedrijfsleven kan "praktisch" leiden tot neveneffecten. Ook hier werkt de weg van de minste weerstand. Maar feitelijk "kan het eigenlijk niet." Daar heb je iemand voor nodig die "niet praktisch" denkt. Iemand met principes, of iemand die de consequenties inschat maar vooral doordenkt.
Als je lang genoeg doordenkt (over mogelijke consequenties en nadelen en risico's, dan) stopt elke praktijk. En dus zijn we maar praktisch.
als trefwoord met bijbehorende synoniemen: praktisch (bn):bruikbaar, dienstig, doelmatig, functioneel, handig, makkelijk, nuttig
praktisch (bn):efficiënt, verstandig, vindingrijk
praktisch (bn):feitelijk, zakelijk
praktisch (bn):handigpraktisch (bw):bijna, feitelijk, haast, hoegenaamd, nagenoeg, vrijwel, zo goed als, zowat, zogezegd
praktisch (bw):nuchter, prozaïsch
praktisch (bw):toegepast (bron)
Bij deze laatste zou de tegenstelling kunnen zijn: fundamenteel. Als academicus leer je fundamenteel te denken. Veel academici redden het dan ook niet als ondernemer omdat ze de swing van theorie naar praktijk niet aankunnen. Een onderzoeker is iemand die productief gezien tegenover de ondernemer staat; als onderzoeker kan je steeds weer dieper zoeken, maar de ondernemer wil het onderzoek afkappen, en rendement, resultaat of performance behalen.
In het economisch en of juridische verkeer staat practisch voor de weg van de minste weerstand. "Het is praktischer om het zo te doen," maar dat gaat niet zonder risico. Meestal is - juridisch gesproken - die oplossing illegaal. Alleen, "iedereen doet het." Dat is geen probleem totdat de weg van de massa een probleem wordt. Denk aan de uitkeringen die bedoeld zijn voor gebruik in Nederland naar het buitenland verdwijnen. In theorie kan of mag dat niet.
Of dat een illegaal nu denkt, er is zo'n grote illegale-stroom, daar voeg ik me bij. Lekker praktisch.
In het bedrijfsleven kan "praktisch" leiden tot neveneffecten. Ook hier werkt de weg van de minste weerstand. Maar feitelijk "kan het eigenlijk niet." Daar heb je iemand voor nodig die "niet praktisch" denkt. Iemand met principes, of iemand die de consequenties inschat maar vooral doordenkt.
Als je lang genoeg doordenkt (over mogelijke consequenties en nadelen en risico's, dan) stopt elke praktijk. En dus zijn we maar praktisch.
Reacties